Haller staat op ontploffen bij Ajax

Sébastien Haller was met zijn winnende treffer opnieuw een belangrijke Ajax-schakel. Toch waren het na afloop van de wedstrijd opnieuw kritieken die de lofzangen overstemden. De Ivoriaanse spits beet van zich af in een interview met ESPN, maar weet zelf als geen ander dat het op bepaalde aspecten van zijn spel beter kan. En nee: daar heeft het missen van de Europa League-wedstrijden van de Amsterdammers niets mee te maken. 

Sébastien Haller heeft inmiddels elke reden al voorbij horen komen. De Ivoriaans international van Ivoorkust maakte in de winterstop voor een recordbedrag van 22,5 miljoen euro de overstap van West Ham United naar Ajax. De boomlange spits hoefde er niet lang over te doen om één van de meest besproken Ajacieden van dit moment te worden, al heeft dat laatste niet altijd de positieve ondertoon die je verwacht bij een grote aankoop. Hoewel er over het rendement weinig te klagen valt bij Haller, zijn er andere onderdelen van zijn spel die wél tot gefronste wenkbrauwen leiden. Het zorgt ervoor dat er een bepaald beeld van Haller blijft hangen. Van iemand die niet helemaal op zijn plek is in de Ajax-punt, ondanks dat zijn doelpunten en assists tot nu toe laten zien dat hij daar wél thuishoort. Die tweestrijd zorgt voor een hoop frictie, al lijkt de hoofdrolspeler zelf daar weinig last van te hebben. 

Sébastien Haller en Ajax

Haller verklaarde na afloop van de wedstrijd tegen sc Heerenveen (2-1) dat hij geen last heeft van het feit dat hij niet werd ingeschreven voor de Europa League. Dat verhaal suddert al zo lang Haller bij Ajax speelt rond: de Amsterdammers blunderde door hun recordaankoop niet in te schrijven voor het Europese toernooi. Analytici en kenners koppelden de soms gedemotiveerde lichaamstaal van de Frans-Ivoriaanse spits aan het feit dat Haller zijn teamgenoten eens in de twee weken moest uitzwaaien voor een Europees uitduel. Volgens de spits zelf was daar echter niets van waar. De spits vertelde tegenover Hans Kraaij Jr. bij ESPN dat hij natuurlijk baalde van het feit dat hij niet mee kon doen in de Europa League, maar dat het geen reden tot onvrede of mindere prestaties was. 

Dat betekent echter niet dat Haller zich beter kan manifesteren in de punt van de Ajax-aanval. Dat heeft echter niets met zijn spel in de vijandige zestien te maken. Daar heeft Haller in zijn eerste maanden in de Johan Cruijff ArenA al bewezen een grote meerwaarde te zijn. De wedstrijd tegen Heerenveen was in veel opzichten een schoolvoorbeeld waarom de Amsterdammers een megabedrag aftikte om de Ivoriaans international weer naar Nederland te halen. Haller veranderde een kansloos schot van Lisandro Martínez van richting, zorgde ervoor dat Heerenveen-doelman Erwin Mulder voor de tweede keer moest vissen die wedstrijd en bepaalde met die briljante voetbeweging de wedstrijd in het voordeel van de Amsterdammers (2-1, red.). Die treffer betekende voor Haller alweer het zevende doelpunt in twaalf wedstrijden. 

Dat het doelpunt van Haller in negentig minuten voetbal ongeveer het enige was dat hij in positieve zin liet zien, is de andere kant van de medaille. Haller is een spits met specifieke kwaliteiten, een speler die je op een bepaalde manier moet gebruiken om hem te laten renderen. Dat de spits daardoor nog niet perfect binnen het Ajax-spel past, is niet meer dan logisch; Haller is net twee maanden Ajacied, kan zoals bekend niet in de Europa League spelen en kwakkelde daarnaast ook met zijn fitheid en had het coronavirus onder de leden. 

Nieuwe voetbalwereld

Maar het belangrijkste aanpassingsproces van Haller is nog in volle gang. Met zijn overstap naar Ajax komt de spits in een totaal nieuwe voetbalwereld terecht. Natuurlijk kent de boomlange aanvaller de werkwijze van Erik ten Hag, de twee kennen elkaar van hun gezamenlijke tijd bij FC Utrecht, maar dat is geen synoniem voor een snelle en soepele aanpassing aan het nieuwe elftal. Doelpunten maken is dan wel universeel, de manier waarop de kansen voor dat treffers tot stand komen, is slechts één van de wegen die naar Rome leiden. Vooral op dat gebied lijkt Haller zich nog niet helemaal thuis te voelen in de punt van de Amsterdamse aanval. 

En dat is niet eens gek. FC Utrecht, Eintracht Frankfurt en West Ham United zijn schitterende ploegen om voor te spelen, de manier waarop er gevoetbald wordt is niet te vergelijken met die van Ajax. Naast afmaker dien je als Ajax-spits ook als belangrijkste aanspeelpunt, waardoor je over een bovengemiddelde techniek moet beschikken, en daarnaast heb je eigenlijk een spelmaker-profiel nodig om écht te kunnen slagen. Op dit moment is Haller die complete spits nog niet helemaal, maar dat kan zeker nog komen. 

Het bewijs daarvan loopt rond in de Premier League. Op het moment dat Arsenal Oivier Giroud wegkocht bij Montpellier kon de lange aanvaller alleen een bal aannemen. Na een aantal jaar onder Arséne Wenger veranderde Giroud in een technisch begaafde spits die je niet in de diepte moest sturen, maar over het algemeen altijd de goede oplossing vond als je hem in de voeten aanspeelde. De Fransman verdiende een transfer naar Chelsea, waar hij nu nog steeds speelt. Een dergelijke route ligt ook uit voor Haller, die qua basistechniek en balbehandeling al een voorsprong heeft op de destijdse spits van Arsenal. De nieuwe voetbalwereld waarin Haller zich begeeft, heeft echter andere haken en ogen. 

Hoog verwachtingspatroon

Ergens is het logisch dat je verwacht dat een spits van 22,5 miljoen euro als een ontbrekend -stukje in de puzzel past. Realistisch is dat echter niet. Fair nog minder. Ajax is de eerste ‘echte’ topclub voor Haller, heeft een heel specifieke manier van voetballen en dan kun je honderd miljoen euro kosten, een aanpassingsperiode is dan sowieso een vereiste. De focus ligt, mede door die transfersom, dan al snel op hetgeen wat minder goed gaat, terwijl Haller in zijn eerste twaalf Eredivisie-duels heeft bewezen een doelpuntenmaker te zijn.
Dat het kiezen van positie tijdens de Ajax-aanval en het algemene samenspel met zijn teamgenoten beter kan, is gezien de korte tijd dat Haller bij Ajax speelt niet meer dan normaal. Dat Haller ondanks een nieuwe club en een heel nieuwe spelsituatie voor de spits nog steeds tot zeven doelpunten en vijf assists in twaalf wedstrijden komt, wordt door het hoge verwachtingspatroon rondom de spits vrijwel niet opgemerkt, terwijl er weinig Ajax-aankopen van de afgelopen tijd zó veel rendement hebben in zo’n korte tijd. 

Wanneer je focust op momentopnames binnen een wedstrijd zijn er meer negatieve dan positieve zaken te vermelden rondom Haller. Op het moment dat je afstand neemt en kijkt naar het proces waarin de Frans-Ivoriaanse aanvaller zit, dan zie je hem elke week een nieuwe stap maken. Dat daar (te) weinig op gefocust wordt, is vooral voor Haller een vervelend fenomeen. Want op het moment dat je gaat kijken naar de resultaten sinds de boomlange spits in de punt van de Ajax-aanval loopt, hebben de Amsterdammers wel degelijk een superspits in de gelederen. Dat geldt al helemaal op het moment dat de spits straks helemaal ‘thuis’ is in Amsterdam. Op dat moment zal de Franse spits pas écht ontploffen, maar dan in de positieve zin van het woord.