PSV mist na De Jong nog één schakel voor kampioenselftal

Luuk de Jong staat voor een terugkeer bij PSV. De Nederlandse spits speelde vorig seizoen op huurbasis bij FC Barcelona, maar een definitieve overgang zat er niet in. Broodheer Sevilla heeft de boomlange aanvaller ook niet nodig, terwijl Ruud van Nistelrooy openlijk toegaf dat hij “topspits” De Jong graag naar Eindhoven zag komen. Zijn komst leidt ongetwijfeld tot doelpunten, maar voor het kampioenselftal ontbreekt er, ondanks de aanstaande transfer van De Jong, nog één schakel. 

Luuk de Jong hield het even spannend, maar lijkt alsnog terug te keren bij PSV. De aanvaller van Sevilla, die op het punt stond om naar Mexico te vertrekken en ook Spaanse laagvliegers de deur wees, komt naar alle waarschijnlijkheid aankomende week in Eindhoven aan om zijn terugkeer op de Nederlandse velden af te ronden. De 31-jarige spits had wel degelijk zijn meerwaarde in de periodes bij Sevilla en FC Barcelona en op het moment dat je de speelstijlen van deze ploegen vergelijkt met de manier waarop De Jong groot werd bij PSV, is dat extra knap van de statische spits. De tijd in de Spaanse (sub)top is voor Van Nistelrooy ook een belangrijke steun in de rug, al moet de nieuwbakken PSV-trainer op andere posities wel aanpassingen doen om van De Jong ook een spits te maken die vooral in en rondom de zestien in balbezit komt. 

Luuk de Jong en PSV

Je hoeft eigenlijk niet eens naar de oude doelpunten van De Jong in het shirt van PSV te kijken om de meerwaarde van de spits te benaderen. Van alle clubs waar de boomlange spits onder contract stond, was hij nergens zo succesvol als in Eindhoven. De Jong keert terug bij de club waar hij 204 keer het shirt van droeg, 112 doelpunten maakte en 56 assist gaf. Daardoor was De Jong in zijn PSV-tijd gemiddeld goed voor bijna één beslissende actie per wedstrijd (0,82) over een periode van meer dan 200 wedstrijden. Cijfers waar de spits bij FC Twente (120 wedstrijden, 0,79 beslissende actie per wedstrijd) niet aankwam en ook bij Sevilla (94 wedstrijden, 0,25 beslissende actie per wedstrijd) en FC Barcelona (29 wedstrijden, 0,28 beslissende actie per wedstrijd) niet aan kwam. 

Desalniettemin kon De Jong in de Spaanse top wél overtuigen, terwijl de spits na zijn vertrek bij FC Twente bij Borussia Mönchengladbach (45 wedstrijden, 0,26 beslissende actie per wedstrijd) hetzelfde rendement kon overleggen als in zijn tijd bij in Spanje – over Newcastle United (12 wedstrijden, 0,083 beslissende actie per wedstrijd) maar te zwijgen. Het belangrijkste verschil tussen die werkgevers is de manier van spelen: bij Gladbach en Newcastle United was De Jong de spits in een defensief ingesteld team of een team dat over het algemeen de mindere partij was. Bij Sevilla en FC Barcelona was dat juist omgedraaid, waardoor De Jong ook in de opbouw van waarde kon zijn en dus niet alléén op zijn rendement werd afgerekend. 

De lofzang van FC Barcelona-trainer Xavi onderstreept dat. De oud-middenvelder maakte niet altijd gebruik van de spits, maar prees de Nederlandse aanvaller wegens zijn professionele houding, arbeidsethos en dat hij met zijn, vanuit Barcelona-perspectief, tegendraadse manier van voetballen ervoor kon zorgen dat het team op bepaalde momenten de tijd kreeg om aan te sluiten. Dat De Jong, in tegenstelling tot bij Gladbach, Newcastle en ook Sevilla, dat bij Barcelona ook véél dichter bij het doel kon doen omdat er betere spelers om hem heen stonden, verraad ook meteen de twee keuzes die PSV-trainer Van Nistelrooy heeft met De Jong in de spits. 

Ruud van Nistelrooy

Het ligt niet in de lijn der verwachting dat PSV met terugkeer van De Jong óók weer naar het succesvolle omschakel-format van Phillip Cocu grijpt. De huidige PSV-trainer lijkt daarmee een beroep te doen op de ontwikkeling die De Jong de afgelopen jaren heeft doorgemaakt, helemaal het laatste seizoen bij FC Barcelona. In dezen maakt het niet echt uit of je met één verdedigende middenvelder speelt of met een blok van twee centrale middenvelders, uiteraard met meer offensieve taken dan onder Roger Schmidt. Als je De Jong ‘hoog’ op het veld wil houden, zal je als team ook meer risico moeten nemen in de positionering. Het ‘hoog staan’ werd onder Schmidt al geïntroduceerd, maar onder Van Nistelrooy kan daar ook een positionele basis onder gelegd worden. Daar heeft de hoofdtrainer van de Eindhovenaren echter wel een ander bekend PSV-recept voor nodig. 

De Jong heeft aanvoer nodig vanaf de flanken en het centrum. Dat PSV met naar binnen komende vleugelspelers speelt en dus de backs de voorzetten moeten leveren, zorgt dat voor defensieve kwetsbaarheid in de omschakeling. De Eindhovenaren hebben in Ibrahim Sangaré een uitstekend slot op de deur, maar op het moment dat PSV meer in de stijl van Ajax en Feyenoord gaat spelen, komt die laatste man op het middenveld ook vaak aan de bal in de opbouw. Daardoor heeft PSV hoe dan ook een type op het middenveld nodig die het spel in defensief én offensief opzicht kan lezen, goed positie kiest en ook de pass-techniek en handelingssnelheid heeft om een van zijn aanvallend ingestelde medespelers te bedienen. 

En ja: zo’n speler heeft PSV in de persoon van Joey Veerman in huis. De winteraankoop van afgelopen seizoen was een speler die eigenlijk niet in de voetbalfilosofie van Schmidt paste, maar zich van zijn veelzijdige kant liet zien. Het inzicht, die weergaloze rechter en de rust aan de bal waarmee Veerman zijn eerste half jaar in het PSV-shirt kleur gaf, kwamen in de aanvallende zones uitstekend van pas. In de defensieve zone, helemaal als enige verdedigende middenvelder, moet je altijd op de juiste plek staan zoals Sergio Busquets, kunnen voetballen als Frenkie de Jong of zo fel en slim te spelen als Andrés Guardado dat deed in het Philips Stadion. 

Laatste transferklus

Veerman was dan niet de verdedigende middenvelder die Schmidt kon gebruiken. Het is ook de vraag of Van Nistelrooy er goed aan doet om Veerman pal voor de defensie neer te zetten. Dat was bij Heerenveen de kracht van zijn spel, omdat hij vanuit die posities de balletjes overal en nergens achter de verdediging of tussen de linies kon leggen. Een voorwaarde voor dat spel was de instelling van de tegenstander: de gemiddelde Eredivisie-ploeg durft tegen sc Heerenveen wel aan te vallen en hoog op het veld te staan. Tegen PSV is dat wel anders, liggen die ruimtes er überhaupt (veel) minder en haal je vóór de aftrap eigenlijk al de angel uit het spel van Veerman. 

Wat Schmidt uitstekend zag, was de kracht van Veerman tussen het middenveld en de aanvallende linie. Dat is eigenlijk hetzelfde concept als zijn spel bij Heerenveen – bewegen zonder bal, vrij komen en vanuit daar het spel verdelen – alleen zijn de passes korter en de ruimtes kleiner. Dat maakt de uitdaging voor Veerman groter, al liet de oud-speler van Heerenveen en FC Volendam in de loop van de tweede seizoenshelft steeds beter met de nieuwe situatie om te gaan. Dat Veerman ook meer risico kan nemen in zijn passing omdat er nog een middenvelder achter hem staat, komt het creatieve vermogen van de ploeg alleen maar ten goede – helemaal nu Mario Götze vertrokken is. 

Dat Sangaré ook de man achter Veerman kan zijn, daar bestaat geen twijfel over. Datzelfde geldt ook voor de handelingssnelheid, de explosiviteit en de souplesse aan de bal die de Ivoriaans international niet in zijn spel heeft zitten. Daardoor kan een transfer van de oud-speler van Toulouse, die in de belangstelling staat van verschillende Premier League-clubs, de Eindhovenaren nog niet eens zo slecht uitkomen. Het is bijna jammer dat Guardado, die inmiddels 35 jaar is, zijn contract bij Real Betis een paar maanden geleden nog verlengde.

TIP: Pak 6x je inzet als PSV de Eredivisie wint!