Klopp door het stof: “Ik ben verantwoordelijk voor deze puinhoop”

Jürgen Klopp kijkt in de spiegel tijdens moeilijke tijden voor Liverpool. De Duitser manager neemt de verantwoordelijk voor de slechte resultaten en biedt de supporters zijn excuses aan.

Klopp neemt verantwoordelijkheid

Liverpool treedt zondag op Anfield aan tegen koploper Arsenal. Vorig seizoen haalden The Reds 23 punten meer dan de Londenaren. De situatie is inmiddels compleet omgedraaid. Als The Gunners zondag zegevieren groeit de voorsprong van de ploeg van Mikel Arteta naar liefst 32 punten.

“Het spijt me voor onze supporters, dat we niet het jaar beleven dat zij gewenst hadden”, begint Klopp tegenover Sky Sports. De voorbije jaren leidde de oefenmeester de club nog naar grote successen en won daarbij zes prijzen. Dat telt volgens Klopp niet meer. “Ik ben totaal niet meer bezig met wat wij vorig jaar of de jaren daarvoor gedaan hebben.”

Puinhoop

Hij trekt daarbij het boetekleed aan. “Ik ben honderd procent verantwoordelijk voor deze puinhoop. En dat is echt niet leuk.” Onze oosterbuur zoekt nog altijd naar een verklaring voor de enorme terugval. “Wat je ziet is dat meer teams die vorig jaar op een extreem hoog niveau hebben gepresteerd, het nu lastig hebben. Zelfs Man City, zij spelen nog altijd sensationeel voetbal, maar ze hebben wel minder punten”, aldus Klopp.

“Op een gegeven moment betaal je een prijs voor de intensiteit die je levert, dat is misschien aan de hand bij ons dit seizoen. Dat is geen excuus voor de komende tien wedstrijden, maar het zou een verklaring kunnen zijn waarom we niet op ons topniveau zijn”, zoekt hij naar een verklaring.

“Supervreemd seizoen”

“We kunnen maar geen manier vinden om constant te presteren. Het is een supervreemd seizoen. We hebben de twee grootste zeges in onze geschiedenis geboekt, maar een week later kunnen we het niet meer. Spelers van wereldklasse halen een vreemd niveau. Het is ook een kwestie van zelfvertrouwen. We moeten hier een weg uit zien te vinden, dat is pittig. Maar als het makkelijk was, zouden ze me er niet zoveel geld voor betalen.”