De Jong blikt terug op PSV-ontslag: ‘Tóén wist ik genoeg’

John de Jong moest enkele maanden geleden het veld ruimen bij PSV nadat de Raad van Commissarissen het vertrouwen in de technisch directeur had opgezegd. Reden: het niet in de groene cijfers krijgen van het boekjaar, doordat er geen grote verkoop (Ibrahim Sangaré of Cody Gakpo) werd gedaan.

In gesprek met Voetbal International blikt De Jong openhartig terug op de clash met de RvC. “We hebben tot diep in de nacht vergaderd. Diezelfde avond belde een zaakwaarnemer nog dat Chelsea voor Sangaré wilde gaan. Daar waren de commissarissen bij. Iedereen kreeg de emotie die daarbij hoort mee. Chelsea wilde een flink bedrag betalen, maar dat ging uiteindelijk toch niet door. Een deel van de rvc bleef erbij dat we vervolgens toch een verkoop moesten doen. Ik vond duidelijk van niet.”

De Jong ‘bleef vervolgens rustig’. “We hebben daarna overleg gehad. De andere twee directieleden had Marcel kennelijk een dag eerder al ingelicht. Vond ik vrij vreemd, maar goed. Ik ben naar huis gegaan, heb het laten bezinken. Op 8 september, de dag van Bodø/Glimt, ben ik onverwachts naar kantoor gegaan.”

‘Toen wist ik eigenlijk al genoeg’

“Ik heb de directie nog een keer bij elkaar geroepen en nog één keer gevraagd: Wij hebben toch samen als directie het besluit genomen Cody niet te verkopen en plannen te maken het financieel recht te trekken? Dat beaamden ze. Vinden jullie het dan niet heel gek dat nu alle pijlen op mij worden gericht? Toen bleef het stil. Dat wilde ik even zien en horen en toen wist ik eigenlijk genoeg. Ik ben naar huis gegaan.” Even later trok De Jong zijn conclusies en stapte hij op.