Dit schuilt er achter de goals van Giménez en Pavlidis

De topscorerslijst van de Eredivisie wordt dit seizoen gedomineerd door twee namen: Santiago Giménez en Vangelis Pavlidis. De Mexicaan van Feyenoord en de Griek van AZ maakten in de eerste seizoenshelft allebei achttien goals en delen de eerste plek. Maar hoe kwamen ze tot die doelpunten? En waarin verschillen ze van elkaar? SoccerNews zocht het uit aan de hand van de achterliggende data.

Giménez vs. Pavlidis: wie heeft de betere statistieken?

Giménez startte dit seizoen in alle zestien competitieduels van Feyenoord. In totaal speelde hij 1295 minuten, waarin hij dus achttien keer scoorde. Dat betekent dat hij 72 minuten nodig had voor elke goal. Zeventien van zijn doelpunten maakte hij van binnen de zestienmeter, waaronder één penalty. Slechts eentje kwam van buiten het vijandelijke doelgebied; zijn rake afstandsschot tegen PSV.

Ook Pavlidis begon alle zestien wedstrijden van AZ in de basis. Hij speelde wel meer minuten dan Giménez, namelijk 1392. Dit komt vooral omdat hij twee keer minder is gewisseld (vijf keer tegenover de zeven keer van Giménez) en later in wedstrijden werd gewisseld. Daardoor had hij meer minuten tot zijn beschikking om tot achttien doelpunten te komen, namelijk 78 minuten per stuk. De Griekse goalgetter scoorde al zijn goals van binnen het strafschopgebied. Geen enkele daarvan was een penalty.

Doelpogingen

Giménez verrichte 63 doelpogingen, waarvan dertien schoten met rechts, 41 schoten met links en negen kopballen. 31 van zijn pogingen waren op doel. Drie keer raakte hij de paal, de lat, het aluminium of wat vroeger het houtwerk was.

Pavlidis probeerde zestig keer te scoren, waarbij hij even vaak met zijn rechtervoet schoot als zijn linker (beiden 26 keer) en acht keer kopte. 35 van zijn pogingen waren op doel. Hij had iets meer pech dan Giménez en raakte vier keer de paal dan wel lat.

Beide spelers halen opvallend veel uit de kansen die ze krijgen. Giménez had volgens Opta 14,3 expected goals, Pavlidis 10,9. Dat ze allebei al 18 keer gescoord hebben, geeft aan dat ze meer goals maken dan je op basis van de kwaliteit van de kansen van ze mag verwachten. Een knap staaltje afwerken dus van beide heren, die natuurlijk vol zelfvertrouwen zitten.

Teambijdrage

Pavlidis is met zijn doelpunten van levensbelang voor AZ. De centrumaanvaller nam in de eerste seizoenshelft meer dan de helft van alle 35 doelpunten van zijn ploeg voor zijn rekening. Feyenoord heeft meerdere spelers die regelmatig scoren en is minder afhankelijk van zijn topscorer. De ploeg van Arne Slot maakte al 48 goals, waarvan Giménez 37,5% bijdroeg.

Naast het maken van doelpunten kan een spits ook op andere manieren bijdragen aan de teamprestaties. Door het geven van assists bijvoorbeeld. Daarin heeft Giménez duidelijk een streepje voor op zijn concurrent. De Mexicaan gaf al vier assists, Pavlidis pas één. Op het gebied van kansen creëren ontlopen de twee elkaar niet veel. Giménez deed dit achttien keer, Pavlidis zeventien keer.

Groot verschil

Als we kijken naar de duelkracht van beide spelers is er ook weinig verschil. Pavlidis won 41,2% van zijn duels, Giménez 39,3%. Opvallend is wel dat Pavlidis aanzienlijk vaker in duels komt dan Giménez. De speler van AZ ging tot nu toe 216 keer direct de strijd aan met tegenstanders, de teller bij Giménez staat op 145. Relatief gezien komen ze ongeveer even vaak als winnaar uit de strijd, maar in absolute aantallen heeft Pavlidis dit seizoen een stuk meer duels gewonnen.

Coen Dillen Index

Met achttien doelpunten achter hun naam lopen beide spelers nog voor op de Coen Dillen-Index. De oud-PSV’er met het recordaantal doelpunten in één Eredivisieseizoen (43) had na zestien wedstrijden ‘pas’ veertien keer gescoord. In de tweede seizoenshelft van 1957-1958 maakte hij echter een enorme eindsprint. De komende maanden gaan we zien of Giménez en Pavlidis dat allebei ook kunnen doen, of dat één van de twee toch afhaakt in de strijd om de topscorerstitel.