Het slot van Slot is een beest

De vechtmachine van Arne Slot die Feyenoord óók is, heeft een exponent die zich als een onoverwinnelijk beest manifesteert: Dávid Hancko. Vrijwel geruisloos heeft de Slowaak zich in het basisteam gespeeld waarin hij eigenlijk niet meer weg te denken is.

Het was de zomer van vorig jaar toen de naam van Hancko plots begon rond begon te zingen in De Kuip als mogelijke versterking. De écht kenners van het internationale voetbal kenden hem misschien nog wel, maar er ging niet meteen bij iedereen een lampje branden. Die lamp is inmiddels echter een voortdurend brandende tl-buis geworden. Iederéén in Rotterdam en omstreken kent hem.

De 25-jarige David Hancko straalt in het centrum van aanstaand kampioen Feyenoord, ja ik durf dat al met zekerheid uit te spreken gezien het vertoonde spel en de bijbehorende gelukjes op gezette momenten voor de Rotterdammers, een brok van onverzettelijkheid uit waar tegenstanderspitsen bang van worden.

Zijn uiterlijk speelt daarbij een rol, de Slowaak ziet uit als een blok beton met baardje en geconcentreerde blik, maar het állerbelangrijkste is het vertoonde voetbal door de verdediger. In de mandekking doet hij meer goede dingen dan fout en ook meevoetballend staat hij aardig zijn mannetje.

David Hancko is het slot van de achterdeur van het Feyenoord van Slot. Komt daarbij ook nog dat de twintiger, opgegroeid en gekneed in de jeugd van MSK Zilina, aanvallend kan koppen. Ervaringsdeskundigen in het voetbal weten dat dát vaak nog moeilijker is dan verdedigend koppend je werk doen.

Dávid Hancko draait er allemaal zijn hand niet voor om. Je hoort hem zelden of nooit, discipline is een sterk wapen en karaktereigenschap van hem. Zou de Slowaak inmiddels weten waar de Coolsingel is? Zo niet, dan zal hij daar dit voorjaar gaan achter komen. En dan staat daar een nieuw beest op het bordes, naast dat ándere: John de Wolf.