‘Onderschatte’ Oranje-international bereidt zich nu al voor op EK

Frank de Boer hoeft nog slechts vijf maanden te wachten voordat het Europees kampioenschap over heel Europa van start gaat. Na de Nations League-wedstrijden in het najaar van 2020, waarin het Nederlands elftal gemengd presteerde, wacht deze zomer het toernooi dat Nederland acht jaar lang moest missen. Voor het EK van start gaat, krijgt De Boer in maart nog eenmaal de kans om zijn potentiële selectie aan het werk te zien. De kans is groot dat Ryan Babel onderdeel is van dat team.

Babel maakt alweer ruim drie jaar vast onderdeel uit van Oranje. Waar Bert van Marwijk, Louis van Gaal en Danny Blind tussen 2010 en 2017 ervoor kozen om hem buiten de selectie te houden, haalde Advocaat hem weer terug. Sinds die periode maakte Babel vijf doelpunten voor zijn land en gaf hij viermaal een assist. Meer maakte achtereenvolgens Advocaat, Ronald Koeman en De Boer gebruik van zijn ervaring die hij sinds zijn debuut bij Ajax opdeed bij Liverpool, Hoffenheim, Kasimpasa, Al-Ain FC, Deportivo La Coruna, Besiktas, Fulham en Galatasaray. 

Naast zijn tomeloze inzet heerst in de vaderlands media eveneens veel kritiek op zijn spel. Hoewel Babel in zijn beginjaren bij Ajax en Liverpool bekend stond als een rappe speler die met een snelle passeeractie zijn directe tegenstander eenvoudig voorbij kon gaan, lukt het hem bij het Nederlands elftal steeds minder om het spel te versnellen. Zijn ogenschijnlijk houterige manier van dribbelen valt daarentegen meer op, waardoor de kritiek alsmaar aanzwengelt. Desondanks is de kans ontzettend groot dat De Boer kiest om Babel mee te nemen. 

André Ooijer

Op het eerste gezicht is het vreemd dat De Boer voor Babel kiest. De oefenmeester beschikt met Calvin Stengs Myron Boadu, Mohamed Ihattaren en Steven Berghuis over spelers die het stuk voor stuk verdienen om het eindtoernooi met Oranje mee te maken. Waarschijnlijk zal het gros van deze spelers nog niet klaar zijn om in het basiselftal te verschijnen, maar alleen al de ervaring die de jongens opdoen kan op de lange termijn een positieve uitwerking hebben. Toch leert de geschiedenis ons dat een jonge selectie ook zijn negatieve uitwerking kan hebben.

De Boer grijpt daarbij vaak het voorbeeld aan van André Ooijer. In 2010 maakte de centrale verdediger, die in de zomer zou transfereren van PSV naar Ajax, trots deel uit van de selectie die in Zuid-Afrika de finale van het Wereldkampioenschap bereikte. Samen met Van Marwijk als hoofdtrainer en De Boer als assistent-trainer veroverde hij destijds de wereld met zijn land. De uitschakeling leek echter eerder in zicht te zijn dan de eindstrijd tegen Spanje, want op 2 juli was heel Nederland tussen 15:30 en 16:00 uur in rep en roer.

Het Nederlands elftal speelde in die jaren met Joris Mathijsen en John Heitinga centraal in de verdediging. Dat leek in de kwartfinale tegen Brazilië eveneens het geval te zijn, maar niets was minder waar. Tijdens de warming-up merkte Mathijsen onverhoopt dat hij een blessure had en daardoor niet aan de aftrap kon verschijnen. Het betekende dat niet Mathijsen, maar de toen 35-jarige Ooijer plaatsnam in de achterste linie van het elftal. Een onmogelijke opdracht voor Ooijer, zo leek het, maar de geboren Amsterdammer hield stand. 

Oranje had het voor rust lastig tegen Brazilië, maar slaagde mede door het heldhaftig optreden van Ooijer erin om met ‘slechts’ een 0-1 achterstand de theepauze in te gaan. Na rust domineerde Oranje het spel en kwam Brazilië tot een stuk minder kansen. Het was mede de verdiensten van de ervaren rot, die voor zijn ploeggenoten een hoge standaard neerzette waaraan zij moesten voldoen. De Boer zei half december tegen Voetbal International daarover: “Het is toch een beetje dat je zwakste schakel – zonder dat ik het nou over Ooijer heb – die de sterkte van je ketting bepaalt.”

Jonge groep

Ruim tien jaar later staat De Boer zélf voor de groep en moet hij komende zomer kiezen welke spelers voor hem het hoogste haalbare gaan bereiken. De oefenmeester liet eerder doorschemeren dat Babel een van die vertrouwelingen is, mits hij bij Galatasaray zijn werk blijft verrichten. Het is tegen het zere been van veel Oranje-fans, die liever meer energie in het elftal zien verschijnen en daardoor Babel het liefste thuislaten. Maar voorlopig lijkt De Boer goede redenen te hebben om de aanvaller aan zijn selectie toe te voegen.

Het belangrijkste argument heeft met het Ooijer-moment van tien jaar terug te maken. De Boer is namelijk heilig ervan overtuigd dat Babel op beslissende momenten in het toernooi zijn hoofdrol gaat opeisen. Zo vertelt de trainer aan De Telegraaf: “Wat we aan Babel hebben weten we. Hij moet zichzelf bewijzen bij Galatasaray. Mits fit, dan is hij van toegevoegde waarde voor Oranje.” Vervolgens gaat hij verder: “Hij weet wat wordt gevraagd, ook van jongens die niet in de basis staan en wat zij op trainingen moeten brengen om de eerste elf scherp te houden.”

Dat laatste onderdeel is Babel wel toevertrouwt, want aan zijn instelling lag het in het verleden niet vaak. De Oranje-international staat erom bekend dat hij tijdens trainingen de volle honderd procent geeft, waarmee hij andere jongens aanspoort om hetzelfde te doen. Daardoor ontstaat de nodige scherpte in het elftal die nodig is om ver te komen op een eindtoernooi. Tegen Voetbal International vertelde De Boer daarover: “Over Ryan krijg ik veel vragen, of dat nog wel kan en zo, maar die jongen is ervaren, belangrijk, zeurt nooit en werkt hard.” 

Buiten het veld

Minstens even belangrijk is de rol van Babel buiten het veld. De Boer weet met de EK’s van 1992, 2000 en 2004 én de WK’s van 1994 en 1998 als geen ander hoe belangrijk het is dat de sfeer in de groep positief is. Aangezien het gros van de spelers nog nooit in het leven meemaakte om met de druk van het hele land op de schouders optimaal te presteren, is het belangrijk dat een aantal jongens binnen de selectie het teamgevoel goed houden. Daarbij kunnen Babel, en in mindere mate Kevin Strootman, van cruciaal belang zijn.

Hoewel veel Oranje-fans doorgaans lacherig doen over het trainersjargon dat een speler ‘buiten het veld belangrijk is’, lijkt De Boer zich daar weinig van aan te trekken. Wanneer Oranje namelijk weken lang met elkaar in hetzelfde hotel zit, dan kan de sfeer buiten het veld zomaar eens het cruciale verschil maken of het Nederlands elftal ver komt op het toernooi. “Ze zíjn belangrijk in een kleedkamer. Zij bepalen mede de sfeer en de intensiteit van trainingen”, legt De Boer aan Voetbal International uit. “Strootman is zo’n speler, Babel ook. Je moet ze niet onderschatten.”

Natuurlijk behoort Babel niet tot de beste spelers van Oranje. Het Nederlands elftal moet het juist hebben van Virgil van Dijk, Matthijs de Ligt, Frenkie de Jong, Georginio Wijnaldum en Memphis Depay. Maar slechts twee daarvan hebben enigszins ervaring op een eindtoernooi. Daarom moet Babel zorgen voor de nodige balans in de selectie. Of De Boer Babel daadwerkelijk selecteert, dat moet de tijd uitwijzen. Maar als Babel fit genoeg is, dan kan hij zich naar verwachting nú al opmaken van zijn eerste eindtoernooi in elf jaar.