“Op een gegeven moment kon ik bijna niet meer lopen”

Owen Wijndal heeft in het oefenduel met Ajax (2-1 zege) zijn eerste speelminuten sinds het EK gemaakt. De linksback van AZ stelt dat zijn lichaam hem in de steek liet.

“In de laatste wedstrijd van vorig seizoen, tegen Heracles, voelde ik al wat”, legt Wijndal uit aan het Noordhollands Dagblad. “Maar daarna had ik een week rust, dus ik dacht ‘dat gaat wel weg’. Vervolgens ging ik met Oranje de voorbereiding op het EK in. Toen voelde ik het wel een beetje, maar geen pijn. Daarna werd het steeds erger. Op een gegeven moment kon ik bijna niet meer lopen en gingen de pijnstillers erin. Dat was tijdens het EK.”

“Daarom zat ik tegen Noord-Macedonië, de derde groepswedstrijd, niet op de bank”, aldus Wijndal. Tegen Tsjechië zat hij er ‘ook dankzij die pijnstillers’ weer bij, maar op dat moment was hij zijn basisplaats wel kwijt. “Ik speelde niet slecht, maar wel een beetje onopvallend. Misschien verwachtte de trainer meer van mij. Dat snap ik. Dus misschien had die blessure er indirect wel mee te maken, want ik kon niet honderd procent leveren wat ik wilde leveren.”

Zijn blessure en het coronavirus gooiden tijdens de voorbereiding roet in het eten. “Het is gewoon een vervelende blessure. Je moet het echt rust geven en daarna weer opbouwen. Kijk, als we een Champions Leaguefinale hadden moeten spelen, had ik misschien wel meegedaan. Dan had ik er pijnstillers ingegooid. Maar dan weet je dat de wedstrijd superbelangrijk is én dat je daarna rust hebt. Dat was nu niet het geval.”