Seedorf waarschuwt Oranje voor ‘sterk team’

In Nederland zijn we nu vooral bezig met het aankomende duel tussen Oranje en Frankrijk op het EK, maar Clarence Seedorf heeft ook Oostenrijk in zijn vizier. De voormalige middenvelder van onder meer AC Milan en Real Madrid stelt dat we het elftal van bondscoach Ralf Rangnick niet moeten onderschatten.

Clarence Seedorf: ‘Oranje in poule des doods’

De Oostenrijkers hebben te maken met een groot aantal blessures, weet ook Seedorf, die tegen Wettfreunde zegt: “Ondanks de blessures van sterkhouders als David Alaba, Xaver Schlager en Sasa Kalajdzic heeft Oostenrijk een sterk team. Dit team is absoluut competitief op het hoogste niveau.” De mannen van Rangnick draaiden een sterke oefencampagne: “De overwinningen op Duitsland (2-0) en Turkije (6-1) waren geen toeval, net als die op Zweden en België in de EK-kwalificatie.”

De oud-international verwacht ook wel wat van Marko Arnautovic: “Hij heeft veel ervaring en kan dit elftal leiden. Hij moet die verantwoordelijkheid pakken en tegenwoordig is hij erg volwassen. Ik denk dat hij een grote rol gaat spelen.”

Het zou zomaar eens aan kunnen komen op de laatste speeldag: “Dat wordt een mooie kleine finale tussen twee landen met twee totaal verschillende speelstijlen. Ralf Rangnick doet het uitstekend en heeft écht een structuur neergezet bij Oostenrijk.”

Sterke as

Seedorf vindt de groep van Oranje de ‘poule des doods’: “Het is de moeilijkste groep. Maar ik ben overtuigd dat we de achtste finales kunnen bereiken. En daarna ligt alles open.” Hij is vooral onder de indruk van een aantal spelers van het Nederlands elftal: “Virgil van Dijk, Georginio Wijnaldum en Memphis Depay zorgen ervoor dat we een goede as hebben met ervaren spelers. En dan heb je ook nog eens de nieuwe generatie met Jeremie Frimpong, Cody Gakpo en Ryan Gravenberch.”

Hij ziet onze nationale elf echter zeker niet als EK-favoriet: “Engeland en Frankrijk zijn de belangrijkste favorieten, omdat ze op iedere positie wereldspelers hebben. Je zou eens moeten kijken naar de spelers die ze níét opgeroepen hebben.”