Ruud van Nistelrooij Ruud van Nistelrooij is een Nederlandse voetbaltrainer van beroep. In de zomer van 2024 werd hij aangesteld als assistent-manager van Manchester United, maar daar vertrok hij nog datzelfde jaar. Tijdens zijn eigen voetbalcarrière haalde de Brabander de wereldtop als spits. Van Nistelrooy werkte in 2024 een aantal maanden bij Manchester United De Brabander debuteerde bij PSV als hoofdtrainer In het seizoen 2022-2023 won hij de KNVB Beker en Johan Cruijff Schaal Van Nistelrooy speelde voor clubs als PSV, Manchester United en Real Madrid Hij speelde zeventig interlands voor het Nederlands elftal Clubcarrière Ruud van Nistelrooij Rutgerus Johannes Martinus (Ruud) van Nistelrooij werd op 1 juli 1976 geboren in het Brabantse Geffen. Officieel luidt zijn achternaam Van Nistelrooij, maar na zijn overstap naar Manchester United speelde hij met een ‘y’ in plaats van de in Engeland ongebruikelijke ‘ij’. Er bestaat zodoende een Nederlandse en een internationale variant. Van Nistelrooij groeide op in zijn geboortedorp Geffen, onder de rook van Oss. Zijn voetbalcarrière ging hier ook van start bij amateurclub VV Nooit Gedacht. Na achtereenvolgens in de F1, E1 en D1 te hebben gespeeld koos de Brabander voor de overstap naar RKSV Margriet uit Oss. “Margriet speelde in een van de hoogste B-klassen”, zo citeert de website van diens eerste amateurclub. “Ik heb ze opgebeld en gevraagd of ik mocht komen. Ik deed een wedstrijd mee en het was akkoord. Dat betekende op de fiets van Geffen naar Oss, twintig minuten fietsen.” Debuut voor FC Den Bosch Veel kinderen dromen van een professionele voetbalcarrière en dat was voor Van Nistelrooij niet anders. In zijn geval slaagde missie. Via RKSV Margriet speelde hij zich in de kijker bij FC Den Bosch, waar hij het laatste deel van zijn jeugdopleiding doorliep. Op zeventienjarige leeftijd debuteerde Van Nistelrooij onder leiding van Hans van der Pluijm in het betaald voetbal. Op 3 mei 1994 mocht hij aantreden in de uitwedstrijd tegen FC Den Haag (5-1 nederlaag) in de TOTO Divisie, de huidige Keuken Kampioen Divisie. Van Nistelrooij stond in die tijd nog niet bekend als een pure afmaker. Sterker nog: in het shirt van FC Den Bosch speelde hij nog centraal op het middenveld, waar teamgenoot Anthony Lurling vaker de rol van doelpuntenmaker op zich nam. Beide spelers verdienden in het shirt van de Bosschenaren een transfer naar Eredivisie-club sc Heerenveen. Van Nistelrooij was als eerste aan de beurt: in 1997 maakte hij voor 650.000 gulden de overstap naar het Abe Lenstra Stadion. Ruud van Nistelrooij in FC Den Bosch-shirt (1996-1997) Spits in Heerenveen De potentie van Van Nistelrooij werd ontdekt door verschillende clubs. PSV toonde interesse voor de middenvelder van FC Den Bosch, maar hij koos voor het sc Heerenveen van voorzitter Riemer van der Velde en trainer Foppe de Haan. “Het was in mijn tijd een goede opleidingsclub en dat was een van de redenen waarom ik naar Friesland ben gegaan”, verklaarde Van Nistelrooij na zijn carrière in een interview met het Algemeen Dagblad. Bovendien werd hij gedwongen om op eigen benen te staan als mens. Van Nistelrooij speelde maar één seizoen voor sc Heerenveen, maar maakte in dat jaar een cruciale ontwikkeling door. Onder leiding van De Haan werd de middenvelder omgeturnd tot spits. “Ik ben toch geen nummer 9?”, stamelde de stomverbaasde Brabander (21 op dat moment) aanvankelijk tegen Van der Velde, die een passende reactie in huis had: “Toen heb ik tegen hem gezegd dat hij goed moest luisteren naar onze trainers en dat wij er alle vertrouwen in hadden dat hij een heel goede spits zou worden.” Ondanks zijn twijfels besloot Van Nistelrooij akkoord te gaan met zijn nieuwe positie. Het bleek een schot in de roos. Met dertien goals in 31 Eredivisie-wedstrijden kroonde hij zich niet alleen tot een goede spits in Heerenveen, maar hij wekte ook andermaal de interesse van PSV. Na het winnen van de kleine bekerfinale (3-1 tegen FC Twente) maakte Van Nistelrooij alsnog de overstap naar Eindhoven. Na een akkoord ter waarde van twaalf miljoen gulden tussen beide clubs tekende hij voor vijf jaar bij PSV. Landskampioen met PSV In de zomer van 1998 trapte Van Nistelrooij zijn PSV-periode af. Scoren deed hij niet bij zijn Eredivisie-debuut voor de Eindhovenaren (1-1 tegen SC Cambuur), maar hij pikte een week later wel een doelpunt mee in de met 1-2 verloren thuiswedstrijd tegen zijn oude club sc Heerenveen. Van Nistelrooij groeide meteen uit tot een fenomeen in het Philips Stadion door 41 goals te maken in 46 officiële wedstrijden, waarvan 31 doelpunten in de Nederlandse Eredivisie. Hij won er ook zijn eerste prijs: de Johan Cruijff Schaal. Van Nistelrooij bleef in het seizoen 1999-2000 voortreffelijk presteren. In 32 officiële wedstrijden scoorde hij exact 32 keer, waardoor hij een belangrijk aandeel opeiste in het behaalde kampioenschap van PSV. De Eindhovenaren eindigden met zestien punten voorsprong op de nummer twee sc Heerenveen, waar zijn oud-teamgenoot Lurling dat seizoen de status van clubtopscorer opeiste. Van Nistelrooij maakte dat seizoen vijf Eredivisie-hattricks, waaronder in beide competitieduels met Ajax (1-3 en 4-0). Vooral zijn soloactie tegen Ajax maakte indruk. Knieproblemen in Eindhoven De slotfase van het seizoen 1999-2000 ging echter voorbij aan Van Nistelrooij. In maart 2000 sloeg het noodlot toe tijdens een oefenwedstrijd tegen het Deense Silkeborg IF. In de openingsfase probeerde de Brabander een omhaal, maar kwam ongelukkig terecht en scheurde daarbij de mediale band van zijn rechterknie. Dat had grote gevolgen voor de PSV-spits, die op dat moment op de verlanglijstjes stond van verschillende Europese topclubs. Manchester United was er daar één van. Van Nistelrooij zou zijn loopbaan voortzetten bij Manchester United, maar zijn knieblessure gooide roet in het eten. De spits kwam op dat moment niet door de medische keuring van The Red Devils, waarna hij weer in training ging bij PSV. Op 28 april 2000 ging het helemaal mis: tijdens een kopoefening ging Van Nistelrooij door zijn knie, waarna werd vastgesteld dat zijn rechterkruisband was afgescheurd. Het gevolg: een afwezigheid van acht maanden en een streep door zijn overstap naar Old Trafford. Van Nistelrooij liet zich opereren door de Amerikaanse chirurg Richard Steadman, waarna hij zich voor het seizoen 2000-2001 weer op PSV besloot te focussen. De spits kreeg van Manchester United-manager Sir Alex Ferguson wel de toezegging dat zijn transfer in later stadium alsnog zou plaatsvinden. Op 3 maart 2001 maakte hij zijn rentree tegen Roda JC (0-0). Van Nistelrooij scoorde dat seizoen twee keer in de thuiswedstrijd tegen FC Twente (2-1 zege), waarmee hij toch nog een aandeel had in zijn tweede landstitel. Goalgetter bij Manchester United In april 2011 kwam de overstap naar Manchester United andermaal ter sprake. Manager Ferguson werd op de tribune gespot tijdens de clash tussen Ajax en PSV, waarna op 23 april witte rook naar buiten kwam: voor 67 miljoen gulden maakte Van Nistelrooij de transfer naar de Premier League. Vier dagen later tekende de Nederlandse spits voor vijf jaar op Old Trafford. Manchester United brak het Engelse transferrecord om zijn felbegeerde handtekening binnen te slepen. Van Nistelrooij had weinig tijd nodig om te wennen aan het Premier League-niveau. In zijn eerste seizoen trof de spits meteen 36 keer doel in 49 officiële wedstrijden, waarvan 23 in de Engelse competitie en tien in de Champions League. Spelers uit het Premiership verkozen hem dat seizoen tot Player of the Year. Van Nistelrooij trok zijn bloedvorm door in het seizoen 2002-2003: 44 goals in 52 officiële wedstrijden, waarvan 25 in de Premier League en dertien in de Champions League. Vooral zijn solo tegen Fulham staat bij menigeen in het geheugen gegrift. In het seizoen 2002-2003 werd Manchester United landskampioen dankzij de scoringsdrift van Van Nistelrooij. Het seizoen 2003-2004 verliep minder florissant: Arsenal werd ongeslagen kampioen en de spits maakte ‘slechts’ dertig goals in 44 officiële wedstrijden, waarvan twintig in de Premier League. Op 21 september 2003 had de Brabander nog wel hoogstpersoonlijk de reeks van de Londenaren kunnen beëindigen, maar in extremis faalde hij door een penalty op de lat te schieten. Arsenal-spelers reageerden fel door zich fysiek en verbaal rond Van Nistelrooij te begeven. Van Nistelrooij liet deze historische vernedering over zich heen komen, maar reageerde een jaar later met zijn voeten. Op 24 oktober 2004 kreeg Manchester United andermaal een strafschop in de thuiswedstrijd tegen Arsenal en ditmaal schoot hij wel raak: 1-0. Arsenal werd uiteindelijk met 2-0 opzij gezet, waardoor de ongeslagen reeks van de Londenaren werd beëindigd. Met zestien goals in 27 officiële wedstrijden, waarvan zes in de Premier League, waren zijn statistieken ditmaal allesbehalve overtuigend. Conflict met Ferguson Het seizoen 2005-2006 was de laatste van Van Nistelrooij in Manchester United-shirt. Met 24 goals in 47 officiële wedstrijden verbeterde de spits zich, maar gaandeweg het jaar verslechterde de relatie tussen Ferguson en de Nederlander. Dat kwam op 26 februari 2006 tot uiting: de manager zette hem op de bank voor de League Cup-finale tegen Wigan Athletic (4-0 zege) en gunde hem geen speeltijd. Van Nistelrooij was des duivels, noemde de Schotse succestrainer ‘cunt’ en moest in bedwang worden gehouden door teamgenoten. Ferguson accepteerde diens reactie niet en zette Van Nistelrooij op de transferlijst. Pas jaren later bood de spits zijn excuses aan. In Voetbal Magazine verklaarde hij: “Op een gegeven moment wilde ik het opgelost hebben, ook voor mezelf. Toen heb ik hem eerst op aanraden van mijn vrouw Leontien een sms’je gestuurd. Of ik hem een keer mocht bellen?” De Schot accepteerde dit. “Hij nam op en zei: ‘Hello, okay, go ahead.’ Meteen van kom maar. Ik: ‘Ik wil mijn excuus aanbieden’. Hij: ‘Dat waardeer ik. Wanneer we elkaar ontmoeten, zal alles okay zijn’. Dat vond ik super!” With the gaffer at Ibrox after the game. 💯 pic.twitter.com/635rZ0StJS— Ruud van Nistelrooij (@RvN1776) August 17, 2022 Ook kampioen met Real Madrid Van Nistelroooj vertrok in 2006 bij Manchester United, dat hem voor vijftien miljoen euro verkocht aan de Spaanse topclub Real Madrid. De spits herstelde zijn scoringsdrift door in het seizoen 2006-2007 maar liefst 33 goals in 47 officiële wedstrijden te noteren. In het daaropvolgende seizoen maakte hij er, ondanks blessures, twintig in 33 gespeelde wedstrijden. Van Nistelrooij kroonde zich in beide jaren tot Spaans kampioen. Blessureleed achtervolgde Van Nistelrooij ook in het seizoen 2008-2009. De spits bleef steken op twaalf officiële wedstrijden, al eindigde hij met tien goals desondanks in de dubbele cijfers. Zijn fysieke problemen bleven hem parten spelen in het seizoen 2009-2010, waardoor hij halverwege op slechts vier wedstrijden en één treffer stond. Halverwege het seizoen besloot hij zijn periode in de Spaanse hoofdstad te beëindigen. Uitgefloten in Hamburg Van Nistelrooij zag verschillende flirts op niets uitlopen, maar Hamburger SV besloot uiteindelijk door te pakken. De spits maakte zijn debuut voor de Bundesliga-formatie op 6 februari 2010 in de uitwedstrijd tegen 1. FC Köln (3-3). Een week later bewees de Nederlander nog altijd over het killersinstinct te beschikken door de uitwedstrijd tegen VfB Stuttgart (1-3 zege) hoogstpersoonlijk te beslissen in het voordeel van de club uit Hamburg. Van Nistelrooij maakte er dat half jaar zeven in achttien wedstrijden, waaronder een weerzien met PSV in de Europa League. In dienst van Hamburger SV speelde Van Nistelrooij in totaal 44 wedstrijden (zeventien goals). Gaandeweg zijn tweede seizoen verslechterde de relatie. Dat had er deels mee te maken dat de HSV-leiding niets wilde weten van een tussentijdse hereniging bij Real Madrid, waarna de spits kenbaar maakte na afloop van het seizoen te willen verlaten. Tijdens de burenruzie met FC Sankt Pauli werd Van Nistelrooij zelfs uitgefloten door zijn eigen achterban. Afsluiten bij Málaga In de zomer van 2011 keerde Van Nistelrooij alsnog terug naar Spanje. De spits sloot zich aan bij Málaga, waar hij werd herenigd met voormalig Real Madrid-trainer Manuel Pellegrini. Met vijf doelpunten in 32 officiële wedstrijden bleef de magie uit. In mei 2012 bevestigde Van Nistelrooij zijn afscheid als profvoetballer. Interlandcarrière Ruud van Nistelrooij Van Nistelrooij debuteerde op 18 november 1998 in het Nederlands elftal. De toenmalig PSV-spits kreeg speeltijd in de oefeninterland tegen Duitsland (1-1). Zijn eerste interlandgoal volgde op 28 april 1999 in het vriendschappelijke duel met Marokko (1-2 nederlaag), maar de reeks oefenwedstrijden resulteerde niet in deelname aan EURO 2020. Het door Nederland en België georganiseerde EK ging aan zijn neus voorbij door diens knieproblemen. In april 2001 maakte Van Nistelrooij zijn comeback als Oranje-international, in de WK-kwalificatiewedstrijd tegen Cyprus (4-0 zege). De spits scoorde meteen weer. Onder leiding van Louis van Gaal kwalificeerde het Nederlands elftal zich niet voor de eindronde, waardoor hij pas op het EK van 2004 op een eindtoernooi zijn voetbalkunsten mocht vertonen. In de groepsfase maakte hij vier goals om in de kwartfinale tegen Zweden raak te schieten tijdens de penaltyserie, maar Portugal bleek in de halve finale met 1-0 te sterk. Ruud van Nistelrooij viert een treffer tijdens het EK 2004 Het Nederlands elftal werd in 2006 opnieuw uitgeschakeld door Portugal. Bondscoach Marco van Basten gunde hem geen speeltijd in deze kwartfinalewedstrijd op het WK, nadat hij in de groepsfase nog driemaal aan de aftrap verscheen (één doelpunt). Van Nistelrooij, die het tijdens de WK-kwalificatiefase nog aan de stok kreeg met een speler van Andorra, botste na de eindronde met Van Basten, waarna hij zich enige tijd niet meer beschikbaar stelde voor Oranje. Tijdens de EK-cyclus 2006-2008 keerde Van Nistelrooij terug als Oranje-international. Op het EK scoorde hij tegen Italië (3-0) en Rusland (1-2 nederlaag na verlenging), maar daarna verdween de spits weer enige tijd uit de selectie van het Nederlands elftal. In 2010 en 2011 liep diens teller op naar zeventig interlands, waarin hij 35 keer doel wist te treffen. Als A-international liep Van Nistelrooij zodoende één op twee. Trainerscarrière Ruud van Nistelrooij Van Nistelrooij fungeerde in de periode 2014-2016 als assistent-bondscoach van het Nederlands elftal. Hij begon deze cyclus als rechterhand van Guus Hiddink, die door de KNVB voortijdig werd weggestuurd vanwege de tegenvallende resultaten. Onder Danny Blind bleef hij als assistent actief in de Oranje-staf, maar dat leverde geen kwalificatie voor het EK 2016 op. Als trainer van PSV (Pro Shots) Hoofdtrainer van PSV In 2016 keerde Van Nistelrooij terug bij PSV. Hij leidde verschillende jeugdteams, waaronder Jong PSV in het seizoen 2021-2022. Gaandeweg het seizoen wees hij omwille van carrièreplanning de kans af om Roger Schmidt op te volgen als hoofdtrainer van de Eindhovenaren, maar dat veranderde na de terugkeer van Marcel Brands als algemeen directeur. In de zomer van 2022 werd Van Nistelrooij als hoofdtrainer, met onder meer Fred Rutten aan zijn zijde. Van Nistelrooij won in juli 2022 de Johan Cruijff Schaal met PSV, dat landskampioen Ajax wist te verslaan (3-5). De Amsterdamse rivaal werd in 2023 eveneens verslagen in de finale van de TOTO KNVB Beker, na strafschoppen ditmaal. Zijn team kwalificeerde zich door toedoen van Rangers FC daarentegen niet voor de groepsfase van de Champions League. Ook werd grillig gepresteerd in de Eredivisie. In de eindfase van het seizoen 2022-2023 groeide de druk op Van Nistelrooij, die op 25 mei zijn ontslag indiende. Terugkeer naar Manchester Na zijn vertrek bij PSV zat Van Nistelrooij meer dan een jaar werkloos thuis. Op 11 juli 2024 maakte hij een comeback in de voetballerij door als assistent-manager naar Manchester United te verhuizen. Hij fungeerde een aantal maanden als rechterhand van Erik ten Hag. Zijn komst kon de sportieve malaise echter niet keren, waardoor de hoofdtrainer op straat werd gezet. Van Nistelrooij werd vervolgens gepromoveerd tot interim-manager, maar ondanks een sterke reeks (drie zeges en één gelijkspel) besloten Rúben Amorim en de clubleiding niet met hem door te gaan. Laatste update: 13 november 2024