Laatste nieuws over AS Roma

AS Roma is een Italiaanse voetbalclub uit de hoofdstad Rome. Thuiswedstrijden van I Giallorossi worden afgewerkt in het Stadio Olimpico, dat men deelt met aartsrivaal SS Lazio.

• AS Roma werd opgericht in 1927
• Het Stadio Olimpico is de thuisbasis van de club
• Aartsrivaal SS Lazio speelt op diezelfde locatie
• De bijnaam van de club luidt ‘I Giallorossi’
• AS Roma veroverde drie landstitels

AS Roma in nationaal clubverband

AS Roma werd op 7 juni 1927 opgericht middels een fusie tussen Roman Football Club (1899), US Alba Audace Roma (1906) en Fortitudo Pro Roma (1926). De afkorting ‘AS’ staat voor Associazione Sportiva. Deze fusie werd afgedwongen door zowel de fascistische partij van Benito Mussolini als de Italiaanse voetbalbond (FIGC). De fusieclub moest een sterkere vuist maken tegen de dominante clubs uit Noord-Italië en voldeed daarmee aan de wens van de federatie om het aantal clubs per stad terug te dringen.

In het seizoen 1927-1928 wist AS Roma meteen de Vince la Coppa CONI, de voorloper van de Coppa Italia, te winnen. De Romeinen wonnen de finale tegen Navaro met 1-0 dankzij een treffer van de Argentijn Arturo Chini Ludueña. Het team eindigde in de Girone B van de Divisione Nazionale als achtste. Zowel in 1937 als 1941 wisten de hoofdstedelingen door te dringen tot de finale van de Coppa Italia, maar respectievelijk Genoa (0-1) en Venezia (3-3, 0-1) trokken aan het langste eind.

De eerste landstitel

AS Roma wist in het seizoen 1941-1942 het eerste grote succes uit de clubgeschiedenis binnen te slepen. Met drie punten voorsprong op runner-up Torino kroonden I Giallorossi zich tot landskampioen. Hoogtepunten waren dat seizoen de grote overwinningen op Napoli (5-1), Liguria FC (7-0) en Internazionale (6-0). Dit succes kreeg geen vervolg in het restant van de jaren veertig. Roma eindigde in 1951 zelfs als negentiende in de Serie A, waardoor men afdaalde naar het tweede niveau van Italië.

Met één punt voorsprong op Brescia veroverde AS Roma in 1952 de titel van de Serie B. Drie jaar later bemachtigde men een fraaie derde plaats in de Serie A, maar het lukte niet om de Italiaanse elite structureel uit te dagen. Het team moest genoegen met een rol als subtopper dan wel middenmoter. In de Coppa Italia hadden de Romeinen meer successen door de beker te winnen in zowel 1964 (1-0 tegen Torino) als 1969 (mini-competitie als finaleronde).

De jaren zeventig verliepen stroef voor AS Roma. In 1975 eindigde de club weliswaar als derde achter Juventus en Napoli, maar dat bleek een spaarzaam hoogtepunt. Dat decennium speelde zich verder af tussen de zesde en twaalfde plaats van de Serie A. In Europees clubverband beleefde het team wel een succesje door de Anglo-Italian Cup van 1972 te bemachtigen. Dit betekende de tweede Europese prijs na de Jaarbeursstedenbeker van 1961.

Succesvolle jaren tachtig

Tussen 1978 en 1988 scoorde Roberto Pruzzo aan de lopende band voor AS Roma. De club stond in die tijd onder leiding van Dino Viola (voorzitter) en Nils Liedholm (hoofdtrainer). Zij speelden een hoofdrol in de nieuwe succesformule van de club. Niet alleen veroverde het team de landstitel van 1983, maar ook kroonde men zich tot bekerwinnaar in zowel 1980, 1981, 1984 als 1986. Het decennium had nóg beter kunnen verlopen, ware het niet dat Roma de Europacup I-finale van 1984 verloor.

Omstreeks 1990 speelde Rudi Völler voor AS Roma. De Duitse aanvaller veroverde in 1991 de Coppa Italia met zijn werkgever, dat in de dubbele finale afrekende met Sampdoria (3-1 thuis, 1-1 uit). Het bekersucces kreeg geen passend vervolg in het restant van de jaren negentig. Door financiële problemen werd het voortbestaan van de club zelfs ernstig bedreigd. Het was aan ingrijpen van Franco Sensi, de steenrijke voorzitter, te danken dat Roma niet daadwerkelijk omviel.

Het tijdperk Francesco Totti

Op 28 maart 1993 maakte de bekendste speler uit de clubgeschiedenis zijn debuut voor AS Roma. Trainer Vujadin Boskov gunde tegen Brescia speeltijd aan Francesco Totti. De getalenteerde aanvaller groeide uit tot hét boegbeeld van de Romeinse club, waar hij zijn gehele profcarrière actief bleef. Hij verdiende in de Italiaanse hoofdstad bijnamen als Il Bimbo de Oro en Il Capitano door tot 2017 maar liefst 786 officiële wedstrijden te spelen in Roma-shirt (307 doelpunten).

Totti won tijdens zijn Roma-periode de landstitel (2001), tweemaal de Coppa Italia (2007 en 2008) en tweemaal de Supercoppa Italiana (2001 en 2007). Verschillende Europese topclubs probeerden de Romein weg te kapen, maar verklaarde hij in 2013: “Als ik naar Madrid was gegaan had ik nu drie keer de Champions League gewonnen, twee Gouden Ballen en heel veel andere prijzen. Maar ik ben blij met de keuze die ik gemaakt heb, al had ik graag twee of drie landstitels meer gewonnen.”

Tussen 2000 en 2007 won Totti vijfmaal de titel Italiaans voetballer van het Jaar. Hij veroverde daarnaast de topscorerstitel van de Serie A en de Europese Gouden Schoen van 2007. Met 26 Serie A-doelpunten wist hij zowel Afonso Alves (sc Heerenveen) als Ruud van Nistelrooij (Real Madrid) af te troeven. Totti werkte als Roma-speler met trainer als Liedholm, Zdenek Zeman, Fabio Capello, Cesare Prandelli, Luciano Spalletti, Claudio Ranieri en Luis Enrique, maar met wisselend succes.

Net niet-jaren

Totti, wiens teamgenoot Daniele De Rossi eveneens uitgroeide tot een clubicoon, won tussen 2009 en zijn afscheid in 2017 geen enkele prijs met AS Roma. Een pijnlijke situatie voor de club, dat in die jaren wel meermaals de portemonnee trok voor nieuwe spelers. Zo maakte PSV-middenvelder Kevin Strootman voor zo’n 17,5 miljoen euro de overstap naar de hoofdstad van Italië. Ook spelers als Mohamed Salah, Edin Dzeko, Miralem Pjanic en Erik Lamela konden hun prijskaartje niet verzilveren middels een hoofdprijs.

AS Roma maakte wel degelijk aanspraak op trofeeën. In 2010 eindigde de club zelfs als runner-up in zowel de Serie A als de Coppa Italia. In 2014, 2015 en 2017 bleek de tweede plaats opnieuw het hoogst haalbare door de suprematie van Juventus. Men bereikte daarnaast de Coppa Italia-finale van 2013, maar uitgerekend aartsrivaal SS Lazio trok hierin aan het langste eind (0-1).

Mourinho brengt glimlach terug

In het eerste seizoen zonder Totti (2017-2018) eindigde AS Roma op een derde plaats in de Serie A. De daaropvolgende seizoenen verliepen uiterst moeizaam. Tussen 2019 en 2023 wisten de Romeinen geen enkele keer in de topvier te eindigen. Dat kreeg zelfs José Mourinho niet voor elkaar, maar de Portugese trainer leidde het team in 2022 wel naar de eerste bokaal sinds 2008. Roma won onder zijn hoede de allereerste editie van de Conference League.

Na de verloren Europa League-finale van 2023 groeiden AS Roma en Mourinho langzaamaan uit elkaar. Dit leidde op 16 januari 2024 tot het ontslag van de Portugees. Onder zijn opvolger, voormalig Roma-middenvelder De Rossi, sloot de club af met een zesde plaats in de Serie A.

Rivaliteit

SS Lazio geldt als de aartsrivaal van AS Roma. Beide clubs delen weliswaar het Stadio Olimpico als thuisbasis, maar der rivaliteit tussen de Romeinse clubs is heftig te noemen. De Derby della Capitale staat te boek als een van de meest verhitte en emotionele derby’s ter wereld. Lazio-fan Vincenzo Paparelli moest dit in 1979 zelfs met de dood bekopen nadat een Roma-aanhanger een vuurpijl afschoot.

Ook de wedstrijden tegen Napoli (de Derby del Sole) zijn beladen. Daarnaast is er rivaliteit met de clubs uit Milaan alsmede Atalanta Bergamo, maar dat is vooral sportief gerelateerd sentiment.

AS Roma in Europees clubverband

AS Roma speelde al in 1931 voor het eerst een officiële wedstrijd buiten Italië. De Romeinen deden in de jaren dertig ervaring op door deel te nemen aan de Mitropacup. Het eerste grote succes in Europees clubverband volgde in het seizoen 1960-1961 door de Jaarbeursstedenbeker te winnen. In de finale rekende men af met het Engelse Birmingham City (2-0 thuis, 2-2 uit). Roma ondernam in 1963 en 1970 nieuwe pogingen om een finaleplaats te bemachtigen, maar zowel Valencia (Jaarbeursstedenbeker) als Gorník Zabrze (Europacup II) verhinderde dit.

In het seizoen 1983-1984 maakte AS Roma kans op de grootste trofee van Europa: de Europacup I. De club mocht nota bene in eigen huis aantreden tegen Liverpool, maar verloor na strafschoppen. Zeven jaar later volgde opnieuw een bittere pil door een nederlaag in de dubbele UEFA Cup-finale. Roma won thuis weliswaar met 1-0 van Internazionale, maar de 2-0 uitnederlaag bleek fataal. Een tweede hoofdprijs bleef daardoor uit. In het restant van de twintigste eeuw wist men de kwartfinale niet meer te overleven.

AS Roma debuteerde in het seizoen 2001-2002 in de Champions League. I Giallorossi overleefden de eerste groep met Real Madrid, Anderlecht en Lokomotiv Moskou, maar sneuvelde in de tweede groepsfase met FC Barcelona, Liverpool en Galatasaray als tegenstanders. In de volgende reeks seizoenen bleef het zicht op een tweede hoofdprijs beperkt tot maximaal een kwartfinaleplaats. Dat lag mede aan Manchester United, dat in 2007 stevig uithaalde in het miljoenenbal: 7-1. De 2-1 thuiszege bleek daardoor waardeloos.

Eerste Conference League-winnaar

In het seizoen 2017-2018 wist AS Roma voor het eerst in jaren weer eens de laatste vier van een Europees clubtoernooi te bereiken. Op sensationele wijze wist men FC Barcelona uit te schakelen (4-1 uit, 3-0 thuis), maar Liverpool dwarsboomde de eerste Champions League-finale uit de clubgeschiedenis. Een jaar later bleek Manchester United te sterk in de halve finale van de Europa League. Een pijnlijke 6-2 nederlaag op Old Trafford bezegelde het lot van de Romeinen.

AS Roma schreef in 2022 geschiedenis door de allereerste editie van de Conference League te winnen. In Tirana boekte de formatie van coach José Mourinho een 1-0 overwinning op Feyenoord. Nicolò Zaniolo kroonde zich tot matchwinner. In de twee daaropvolgende seizoenen wist men de Rotterdammers uit te schakelen in de Europa League, maar de finale van 2023 ging verloren door toedoen van Sevilla (na strafschoppen). In 2024 bleek de halve finale tegen Bayer Leverkusen het eindstation.

Balans tegen Nederlandse clubs

Tot en met het seizoen 2023-2024 speelde AS Roma vijftien officiële wedstrijden tegen een Nederlandse club. De balans is behoorlijk in evenwicht: zes Italiaanse overwinningen, zes Nederlandse overwinningen en drie gelijke spelen. Feyenoord noteerde met zeven wedstrijden de meeste onderonsjes. Ook Ajax (vier), PSV en Vitesse (elk twee) fungeerden als tegenstander.

Nederlandse invloed

Verschillende Nederlanders hebben het shirt van AS Roma gedragen. Een overzicht:

Het stadion van AS Roma

Het Stadio Olimpico is sinds 1953 de thuishaven van zowel AS Roma als SS Lazio. Het stadion opende in 1937 de deuren onder de naam Stadio dei Cipressi. Sindsdien heeft het onderkomen verschillende renovaties doorgemaakt, met een hedendaagse capaciteit van 72.700 plaatsen als gevolg. In Italië biedt alleen het San Siro in Milaan plaats aan meer toeschouwers.

In 1968 werd de EK-finale tussen Italië en Joegoslavië afgewerkt in het Stadio Olimpico. Het stadion fungeerde eveneens als decor voor het EK van 1980 (inclusief de finale), het WK van 1990 (inclusief de finale) en het EK van 2021. Ook een aantal Europese finales vond hier plaats, waaronder Juventus – Ajax in 1996.

Veelgestelde vragen over AS Roma

Laatste update: 5 september 2024