Fernando Torres | Soccernews.nl

Fernando Torres is een voormalig profvoetballer. Momenteel is hij hoofdtrainer van Atlético Madrid B. Torres behoort tot één van de grootste clubiconen van Atlético Madrid.

Torres ging op 26 augustus 2019 met voetbalpensioen
De Spanjaard is één van de grootste clubiconen van Atlético Madrid
Hij won één keer de Champions League
Met Spanje werd hij twee keer Europees kampioen en één keer wereldkampioen
Torres speelde 110 interlands namens Spanje

Spelerscarrière Fernando Torres

Fernando Torres, geboren op 20 maart 1984 in Fuenlabrada, zette zijn eerste stappen bij Parque 84. Het team heette zo omdat iedereen uit het team in 1984 was geboren. Als vijfjarige jongen begon hij zijn loopbaan als voetballer. Familie Torres had over het algemeen geen grote affiniteit met een bepaalde voetbalclub, behalve zijn grootvader. De opa van Torres was fanatiek supporter van Atlético Madrid, waardoor de jonge Torres zelf ook fan werd van Los Rojiblancos.

Als kleine jongen begon Torres als keeper, net als zijn oudere broer. Tot hij op een dag een tand brak tijdens het keepen, toen hebben zijn broer en zijn moeder hem verboden om nog als keeper te spelen. Op zijn zevende wisselde hij van positie en ging hij als spits voetballen. Drie jaar later sloot hij aan bij Rayo 13, een voetbalclub uit zijn geboorteplaats Fuenlabrada. Daar scoorde hij maar liefst 55 keer in zijn eerste seizoen. Mede dankzij deze prestatie mocht hij op proef komen bij zijn favoriete club: Atlético Madrid.

Imponeren als jeugdspeler

Samen met een hoop andere kinderen werd Torres uitgenodigd voor een proefwedstrijd bij Atlético Madrid. Iedereen speelde één wedstrijd, dus hij had twintig minuten om zichzelf te laten zien. Torres slaagde voor alle tests en sloot op elfjarige leedtijd aan bij de jeugdopleiding van de Madrilenen. Torres ontwikkelde zich uitermate snel en werd elk jaar doorgeschoven naar een hoger team. Hierdoor voetbalde hij altijd met teamgenoten die één of twee jaar ouder waren. Dankzij zijn vele doelpunten die hij maakte als jeugdspeler, kreeg hij de bijnaam ‘El Niño’.

Zijn eerste grote succes als jeugdspeler beleefde hij in de Onder-15. Samen met zijn ploeggenoten won hij de Nike Cup, een internationaal jeugdtoernooi. Bovendien werd Torres na dat toernooi uitgeroepen tot beste speler van Europa in zijn leeftijdsklasse. Torres was al vroeg heel volwassen voor zijn leeftijd en tekende op vijftienjarige leeftijd zijn eerste profcontract bij Atlético Madrid. Een kleine twee jaar later sloot hij definitief aan bij het eerste elftal. Op 27 mei 2001 debuteerde Torres tijdens een thuiswedstrijd tegen Leganés in het Estadio Vicente Calderón. Een week na zijn debuut scoorde hij zijn eerste doelpunt voor het eerste elftal.

Promotie naar La Liga

Na in 2000 gedegradeerd te zijn naar het tweede niveau van Spanje, promoveerde Atlético in 2002 weer naar het hoogste niveau. Hoewel de Spanjaarden kampioen werden in de Segunda División, viel het persoonlijke seizoen voor Torres tegen. De spits wist slechts zes keer het net te vinden in 36 wedstrijden. Zijn eerste seizoen in La Liga ging hem beter af, zo scoorde hij dertien keer in 29 optredens. Na dit seizoen ontving Atlético Madrid een eerste bod van Chelsea op Torres ter waarde van zo’n 32 miljoen euro. Dit bod veegden de Spanjaarden echter resoluut van tafel.

Torres bleef zijn Atlético trouw en scoorde negentien doelpunten in zijn tweede La Liga-seizoen. Op negentienjarige leeftijd wees trainer César Ferrando hem aan als aanvoerder. Atlético bereikte de finale van de UEFA Intertoto Cup, maar verloor na strafschoppen van Villarreal. In de zomer van 2005 klopte Chelsea nogmaals aan voor Torres, maar opnieuw besloot Atlético hem niet te verkopen. Torres bleef doelpunten maken en zichzelf ontwikkelen. In 2007 maakte hij alsnog de stap naar de Premier League; niet Chelsea, maar Liverpool ging er vandoor met de aanvaller. Atlético Madrid verdiende zo’n 38 miljoen euro aan de transfer van Torres. Eind juni werd Diego Forlán gepresenteerd door Los Rojiblancos als vervanger van Torres.

*Fernando Torres als aanvoerder van Atlético Madrid in duel om de bal met David Beckham (Alamy)*

Transfer naar de Premier League

Op 11 augustus 2007 maakte Torres zijn debuut voor Liverpool tegen Aston Villa. Net als in zijn tijd als speler van Atlético, scoorde hij zijn eerste doelpunt een week na zijn debuut, uitgerekend tegen Chelsea. De Spanjaard beleefde een uitstekend eerste seizoen in Engeland. In februari werd hij uitgroepen tot Speler van de Maand in de Premier League. Torres was de eerste Liverpool-speler sinds Robbie Fowler in 1996 die minimaal twintig competitiedoelpunten maakte in één seizoen. In totaal was hij 29 keer trefzeker in alle competities tijdens zijn debuutseizoen voor The Reds.

Torres bleef bij Liverpool, ondanks wéér een aanbieding van Chelsea. Hij begon aan zijn volgende seizoen met een doelpunt tegen Sunderland, maar raakte even later geblesseerd aan zijn hamstring. De spits keerde terug op het veld en scoorde twee keer in de Merseyside Derby tegen Everton. Het weekend erop scoorde hij opnieuw twee maal, dit keer tegen Manchester City. In de Champions League trof Liverpool Torres’ oude club, Atlético Madrid. Torres miste deze wedstrijden vanwege opnieuw een hamstringblessure. Na zijn rentree scoorde hij aan de lopende band.

Top 50 beste Liverpool-spelers

Na anderhalf jaar gespeeld te hebben voor Liverpool, werd Torres door The Times opgenomen in een lijst van de vijftig beste Liverpool-spelers aller tijden. Hij verdiende een plek op die prestigieuze lijst dankzij de impact die hij teweeg had gebracht in de korte periode bij de club. Tijdens een Premier League-duel tegen Tottenham Hotspur maakte Torres zijn vijftigste doelpunt voor Liverpool in zijn 84e wedstrijd.

Aan het begin van het seizoen 2009/2010 tekende Torres een nieuw contract bij Liverpool. Ook dit seizoen begon hij weer geweldig met onder andere een hattrick tegen Hull City. Hij werd uitgeroepen tot Speler van de Maand september en was op dat moment topscorer van de Premier League. In december was hij voor de tweede keer op een rij opgenomen in het FIFA Elftal van het Jaar. Ook maakte hij zijn vijftigste doelpunt in de Premier League, wat een nieuw record betekende. Torres kwam het snelst tot vijftig competitiedoelpunten in de historie van Liverpool.

Nieuwe Liverpool-manager Roy Hodgson beloofde dat Torres niet verkocht zou worden in de zomer van 2010. Ook de Spanjaard zelf stelde dat hij trouw zou blijven aan Liverpool, en dat deed hij ook. Maar tijdens de daaropvolgende winterse transferperiode, verliet Torres de club alsnog. Chelsea meldde zich voor de vierde keer bij het management van Torres en dit keer met succes. De club uit Londen betaalde bijna zestig miljoen euro voor de spits.

Champions League-winst met Chelsea

Zijn transfer naar Chelsea maakte Torres de zesde duurste voetballer in de geschiedenis op dat moment. Op 6 februari 2011 maakte hij zijn debuut voor The Blues tegen zijn oude club Liverpool. Bijna drie maanden later maakte hij pas zijn eerste doelpunt voor Chelsea. Het was niet de start die Torres voor ogen had toen hij de stap naar Londen maakte. Zijn tweede doelpunt maakte hij aan het begin van het nieuwe seizoen.

Op 24 april 2012 scoorde Torres als invaller een doelpunt in de allerlaatste minuut tegen FC Barcelona in de halve finale van de Champions League. Dankzij dit doelpunt van de Spanjaard schakelde Chelsea de Catalanen uit. Een kleine maand later mocht Torres opnieuw invallen, nu tijdens finale van de Champions League tegen Bayern München. Chelsea versloeg de Duitse grootmacht na strafschoppen en kroonde zich tot winnaar van het miljoenenbal. Tijdens het eerste volledige seizoen van Torres bij Chelsea was hij elf keer trefzeker in 49 optredens.

Hereniging met Rafael Benítez

Eind november 2012 werd Roberto Di Matteo op straat gezet door Chelsea. Zijn vervanger was Rafael Benítez, de voormalig coach van Torres bij Liverpool. Naar verluidt koos Chelsea voor Benítez om onder andere Torres weer terug te laten keren in zijn beste vorm. De Spanjaard had namelijk al meer dan elf uur aan speeltijd niet meer gescoord. In december scoorde hij eindelijk weer en leek hij zijn vorm enigszins terug te hebben gevonden.

Na het winnen van de Champions League in het seizoen 2011/2012, wist Chelsea de groepsfase van het miljoenenbal een seizoen later niet te overleven. De Londenaren eindigden als derde in de poule en vervolgden hun Europese avontuur in de Europa League. Aan de hand van Torres wist Chelsea ver te komen in de Europa League. De Spanjaard scoorde één keer in de achtste finale en drie keer in de kwartfinale. In de finale tegen Benfica maakte hij het openingsdoelpunt. Chelsea won met 1-2 en kroonde zich tot winnaar van de Europa League.

Mislukt avontuur in Milaan

Een jaar na de aanstelling van José Mourinho bij Chelsea, verliet Torres de Engelse hoofdstad. Hij was nog wel een aantal keer trefzeker in het nieuwe seizoen, maar besloot een nieuw avontuur aan te gaan. Torres werd eind augustus 2014 door Chelsea verhuurd aan AC Milan. Op 20 september debuteerde hij voor de Milanezen tegen Juventus. Twee dagen later maakte hij zijn eerste doelpunt voor AC Milan tegen Empoli.

Begin 2015 nam AC Milan Torres definitief over van Chelsea voor ongeveer één miljoen euro. Uiteindelijk werd het alles behalve een gelukkig huwelijk tussen Torres en AC Milan. De Spanjaard kwam slechts tot tien wedstrijden voor de club. De toenmalig trainer zag het niet zitten in Torres en verkoos andere spitsen boven hem, waardoor Torres niet vond wat hij zocht na zijn vertrek uit Engeland. Zijn jeugdliefde Atlético Madrid bood hem een uitweg en besloot Torres te huren van AC Milan.

Terugkeer bij jeugdliefde

Torres was ongelukkig in Milaan en de Italianen besloten mee te werken aan een vertrek. Atlético Madrid huurde hem tot het einde van het seizoen 2015/2016. De presentatie van Torres in het Vicente Calderón trok 45.000 toeschouwers, die dolgelukkig waren dat Torres terug was bij de club waar het allemaal begon voor hem. El Niño maakte zijn eerste doelpunten na zijn terugkeer tijdens een uitwedstrijd bij stadsgenoot en rivaal Real Madrid. Eind maart maakte hij zijn eerste goal in La Liga sinds zijn rentree.

Op 6 februari 2016 maakte Torres zijn honderdste doelpunt voor Atlético in zijn 295e optreden voor de club. Zijn tweede periode bij de club was niet zo succesvol als zijn eerste, maar de supporters hielden niet minder van hem. In juli 2016 tekende hij een éénjarig contract bij Los Colchoneros. Een aantal maanden later maakte hij zijn honderdste doelpunt in het Spaanse voetbal. Torres verlengde zijn contract in juli 2017 met één jaar, mede omdat Atlético dat jaar geen nieuwe spelers aan mocht trekken.

In dit seizoen, 2017/2018, won hij zijn eerste prijs met Atlético Madrid. Tijdens de Europa League-finale tegen Olympique Marseille viel Torres in de slotfase in. De Spanjaarden versloegen Marseille met 3-0 en wonnen de Europa League voor de derde keer in de clubhistorie. Het bleek een van de laatste wedstrijden te zijn die de grootheid voor zijn favoriete club zou spelen. Enkele maanden na de Europa League-winst verliet Torres Atlético voor een avontuur in Japan.

Spelerscarrière afgesloten in Japan

In de zomer van 2018 tekende Torres voor het Japanse Sagan Tosu, dat hem transfervrij overnam van Atlético Madrid. Op 22 augustus maakte hij zijn eerste doelpunt in dienst van de Japanse club tegen Vissel Kobe. Vijf dagen later maakte hij ook zijn eerste competitiedoelpunt. Torres besloot na een klein jaar in Japan zijn voetbalschoenen aan de wilgen te hangen. Zijn laatste professionele wedstrijd speelde hij tegen Vissel Kobe, waar hij zijn voormalig ploegenoten bij Spanje Andrés Iniesta en David Villa tegenkwam.

Interlandcarrière Fernando Torres

Torres debuteerde op 6 september 2003 voor de nationale ploeg van Spanje. Hiervoor was hij al enorm succesvol bij de jeugdelftallen van Spanje, waarmee hij verschillende prijzen won. Op negentienjarige leeftijd maakte hij zijn debuut tijdens een vriendschappelijke interland tegen Portugal. In april 2004 maakte hij zijn eerste doelpunt tegen Italië. Torres werd opgeroepen voor het EK 2004 en het WK 2006. Tijdens het kwalificeren voor dit WK, scoorde de spits zeven doelpunten in elf duels. Op het WK 2006 scoorde Torres drie doelpunten, daarmee was hij samen met David Villa topscorer van Spanje op dit toernooi.

Gigantische successen met Spanje

Ook tijdens het EK 2008 was Torres van de partij. Hij scoorde tijdens de tweede groepswedstrijd tegen Zweden, maar zijn hoogtepunt moest nog komen. Spanje bereikte de finale van het toernooi en nam het op tegen Duitsland. Dankzij een doelpunt van Torres wonnen de Spanjaarden met 1-0 van Duitsland en kroonden ze zich tot Europees kampioen. De spits behoorde tot het Elftal van het Toernooi en noemde het een droom die uitkwam.

Twee jaar later, tijdens het WK 2010, behoorde Torres opnieuw tot de Spaanse selectie. Even voor dit toernooi speelde hij zijn zestigste interland, waardoor hij de jongste speler werd die deze mijlpaal behaalde namens Spanje. Hoewel Torres nog herstellende was van een blessure, nam bondscoach Vicente del Bosque hem toch mee naar het WK in Zuid-Afrika. Zijn prestaties in de groepsfase waren beneden pijl en later dit toernooi moest hij het vooral doen met invalbeurten. Ook tijdens de WK-finale tegen Nederland viel hij in. Spanje won het wereldkampioenschap voor het eerst in de historie.

Op het EK 2012 moest Spanje de titel zien te verdedigen. Opnieuw was Torres onderdeel van het Spaanse elftal. Tijdens zijn eerste basisplaats op dit EK scoorde hij twee keer tegen Ierland. Tijdens de finale tegen Italië viel hij in; hij scoorde één keer en gaf één assist in een 4-0 overwinning. Met drie doelpunten en een assist won hij de Gouden Schoen. Een aantal maanden na dit EK speelde hij zijn honderdste interland voor Spanje. In totaal kwam Torres 110 keer uit voor zijn land. Hierin was hij 38 keer trefzeker.

Trainerscarrière Fernando Torres

Na op 26 augustus 2019 zijn laatste wedstrijd als professionele voetballer te hebben gespeeld, ging hij ongeveer twee jaar later aan de slag als trainer. Torres keerde voor de tweede keer terug bij Atlético Madrid, waar hij benoemd werd als assistent-trainer van het Onder-19-team. Het seizoen daarna mocht Torres voor het eerst op eigen benen staan en werd hij de nieuwe hoofdtrainer van de Onder-19.

Tijdens zijn eerste seizoen aan het roer van de Onder-19, won Torres vijf van de zes groepswedstrijden in de UEFA Youth League. Atlético Madrid eindigde als groepswinnaar en nam het in de volgende ronde op tegen de leeftijdsgenoten van KRC Genk. Atlético won met 4-1 van Genk, maar verloor in de kwartfinale met 2-0 van AC Milan. Torres deed het dermate goed met Atlético Onder-19 dat hij na twee jaar de kans kreeg om Atlético Madrid B te leiden.

Sinds juli 2024 is Torres de hoofdtrainer van Atlético Madrid B, actief in de Primera Federación Grupo II, het derde niveau van Spanje.

Laatste update: 18 november 2024