Klaas-Jan Huntelaar

Klaas-Jan Huntelaar is een voormalig spits uit Nederland. De 76-voudig international van het Nederlands elftal speelde tijdens zijn voetbalcarrière voor PSV, De Graafschap, AGOVV Apeldoorn, sc Heerenveen, Ajax, Real Madrid, AC Milan en Schalke 04. Na zijn loopbaan trad hij opnieuw in dienst van Ajax.

• Huntelaar is momenteel in dienst van Ajax
• In 2019 won hij hier zijn enige landstitel als profvoetballer
• Zowel in Nederland als Duitsland won hij de beker én supercup
• Huntelaar speelde naast Ajax voor clubs als PSV, Real Madrid, AC Milan en Schalke 04
• Hij kwam tot 76 interlands voor het Nederlands elftal
• Zijn bijnaam luidt ‘The Hunter’

Voetbalcarrière Klaas-Jan Huntelaar

Klaas-Jan Huntelaar werd op 12 augustus 1983 geboren in Voor-Drempt, een bescheiden dorp in Gelderland. Zijn ouders (Maud en Dirk-Jan) noemdem hem voluit Dirk Jan Klaas Huntelaar, maar zijn roepnaam luidt Klaas-Jan. Het gezin bestond eveneens uit broers Jelle en Niek.

Op vijfjarige leeftijd werd Huntelaar lid van voetbalvereniging VV H&K. Zijn jeugdtrainer Stijn Nikamp herkende zijn potentieel en tipte toenmalig Go Ahead Eagles-trainer Henk ten Cate. Elke woensdagmiddag mocht de jonge Huntelaar meetrainen met de club uit Deventer, maar vanwege de reisafstand werd besloten om het dichter bij huis te zoeken. Vanaf dat moment werd hij ondergebracht bij De Graafschap.

Debuut voor PSV

In de jeugdopleiding van De Graafschap speelde Huntelaar op verschillende posities. Hij fungeerde zelfs enige tijd als doelman, maar uiteindelijk bleek hij vooral goed te zijn in het afmaken van de kansen in plaats van ze tegen te houden. Als spits van De Superboeren maakte Huntelaar in 2000 de overstap naar de voetbalacademie van PSV. De aanvaller, die werd ondergebracht in een gastgezin uit Veldhoven, werkte op De Herdgang onder meer onder clubicoon Willy van der Kuijlen.

Huntelaar scoorde er lustig op los in de jeugdopleiding van PSV. In de voorbereiding van het seizoen 2002-2003 maakte hij een positieve indruk, maar pas op 23 november 2002 gunde trainer Guus Hiddink hem speeltijd op het hoogste niveau. In de uitwedstrijd tegen RBC Roosendaal (0-3 overwinning) mocht hij Mateja Kezman na 76 minuten aflossen. Op dat moment stond de eindstand al op het scorebord.

Terugkeer bij De Graafschap

Met Arnold Bruggink, Jan Vennegoor of Hesselink en Kezman had Huntelaar te maken met zware concurrentie. De aanvaller wilde na zijn debuut tegen RBC echter meer en liet zich halverwege het seizoen 2002-2003 verhuren aan zijn oude club De Graafschap. Op 8 februari 2003 mocht Huntelaar zijn officiële debuut maken voor de Achterhoekers en opnieuw was de club uit Roosendaal de tegenstander. Trainer Peter Bosz liet hem na rust invallen voor Hans van de Haar, maar de 1-0 stand bleef ongewijzigd.

Van de Haar fungeerde bij de bespeler van De Vijverberg als aanvalsleider. Bosz besloot die pikorde intact te houden, waardoor Huntelaar vooral speeltijd kreeg als invaller. In totaal speelde hij negen competitiewedstrijden voor De Graafschap, waarvan slechts één als basisspeler. Scoren deed Huntelaar niet en hij kon evenmin voorkomen dat zijn team degradeerde uit de Eredivisie. In de zomer van 2003 werd de spits andermaal uitgezwaaid in Doetinchem.

Goalgetter in Apeldoorn

Huntelaar keerde na zijn uitleenperiode bij De Graafschap terug naar PSV, maar in Eindhoven maakte hij opnieuw weinig kans op speeltijd. Om die reden werd de spits opnieuw uitgeleend en ditmaal werd gekozen voor eerstedivisionist AGOVV Apeldoorn als bestemming. Op 15 augustus 2003 maakte The Hunter zijn eerste doelpunt in het betaald voetbal ten koste van TOP Oss (1-2 nederlaag). Zeven dagen later maakte Huntelaar op bezoek bij Heracles Almelo (2-4 overwinning) een hattrick.

In het seizoen 2003-2004 maakte Huntelaar in de wedstrijden tegen SC Veendam en HFC Haarlem eveneens drie doelpunten. In totaal liep zijn teller op naar 26 doelpunten in 35 competitiewedstrijden. De goalgetter werd daarmee niet alleen topscorer van de Eerste Divisie, maar werd tijdens het VVCS-gala eveneens verkozen tot Voetballer van het Jaar op het tweede niveau van Nederland.

Fenomeen in Heerenveen

PSV versterkte zich in de zomer van 2004 met Gerald Sibon, die werd overgenomen van sc Heerenveen. De Friese club moest op zoek naar een nieuwe aanvalsleider en vond die bij dezelfde onderhandelingspartner: Huntelaar maakte voor een bescheiden transfersom de overstap naar het Abe Lenstra Stadion. PSV had eerder dat jaar nog wel geprobeerd om zijn contract open te breken, maar hij voelde daar weinig voor. Dat had er deels mee te maken dat trainer Hiddink hem wederom voor een jaar wilde verhuren.

Huntelaar maakte zijn eerste Eredivisie-doelpunt in zijn debuutwedstrijd voor sc Heerenveen, dat op bezoek bij AZ een 1-1 gelijkspel behaalde. Onder leiding van trainer Gertjan Verbeek scoorde de spits eveneens in de UEFA Cup-wedstrijden tegen Benfica, Dinamo Zagreb en Newcastle United. De Friezen wisten te overwinteren in de voorloper van de Europa League, maar werden in de eerste knock-outronde verslagen door de Premier League-club met spitsen als Alan Shearer en Patrick Kluivert in de gelederen.

In het seizoen 2004-2005 maakte de spits negentien doelpunten in 39 officiële wedstrijden. Uit binnen- en buitenland werd belangstelling getoond, maar in overleg met Verbeek besloot hij sc Heerenveen nog een seizoen trouw te blijven. Na de eerste seizoenshelft (22 wedstrijden) stond zijn teller al op twintig doelpunten, waarvan zeventien in de Eredivisie. Ajax toonde belangstelling en ditmaal besloot de spits wel toe te happen. Er werd een akkoord bereikt ter waarde van negen miljoen euro en één miljoen euro aan bonussen.

Op 30 december 2005 speelde Huntelaar zijn laatste wedstrijd in het shirt van sc Heerenveen. Uitgerekend Ajax, waar hij op dat moment reeds had getekend, was die avond de tegenstander in het Abe Lenstra Stadion. Onder winterse omstandigheden onderstreepte de spits zijn professionaliteit door zijn nieuwe werkgever te pijnigen met een doelpunt en een assist. Heerenveen won na een 4-0 voorsprong met 4-2 van Ajax. Verbeek gunde Huntelaar na 85 minuten een publiekswissel.

Trefzeker in zijn eerste Klassieker

Huntelaar debuteerde op 15 januari 2006 in het shirt van Ajax, dat in de thuiswedstrijd tegen NEC bleef steken op een 1-1 gelijkspel. Uitgerekend in de met 0-3 gewonnen bekerwedstrijd tegen sc Heerenveen maakte de nieuwkomer zijn eerste doelpunt voor de Amsterdammers. Drie dagen later scoorde de spits eveneens in de beladen competitiewedstrijd tegen Feyenoord (3-2 nederlaag). Ajax presteerde wisselvallig onder leiding van Danny Blind. Mede dankzij Huntelaar werden RBC Roosendaal (viermaal) en Sparta Rotterdam (hattrick) verslagen, maar in de Eredivisie kwam het team niet verder dan een teleurstellende vierde plaats.

Met 33 doelpunten, waarvan zestien in Ajax-shirt, kroonde Huntelaar zich tot Eredivisie-topscorer van het seizoen 2005-2006. Niet alleen in competitieverband had de spits weinig moeite om zijn doelpunten mee te pikken. Hij trof eveneens doel in de Champions League-wedstrijd tegen Internazionale (2-2) en had een belangrijk aandeel in de bekerwinst van de Amsterdammers. Na zijn treffer tegen sc Heerenveen in de kwartfinale maakte Huntelaar eveneens het verschil in de halve finale tegen Roda JC (4-1 verlenging) en de finale tegen PSV (2-1). In beide duels maakte hij er twee.

Van grote waarde voor Ajax

Mede dankzij de spits behaalde zijn team een voorronde Champions League-ticket door de play-offs winnend af te sluiten. Huntelaar werd na het seizoen 2005-2006 verkozen tot Talent van het Jaar in Nederland. Ajax-supporters kroonden hem op basis van de tweede seizoenshelft tot Speler van het Jaar. Als bekerwinnaar mocht de Amsterdamse formatie in het seizoen 2006-2007 strijden om de Johan Cruijff Schaal. Huntelaar ontbrak door een schorsing, maar hij zag zijn teamgenoten alsnog aan het langste eind grijpen ten koste van landskampioen PSV: 3-1.

Met Huntelaar in de gelederen slaagde Ajax er niet in om de voorrondes van de Champions League te bereiken. FC Kopenhagen bleek verrassend te sterk, waar het UEFA Cup-avontuur al in februari eindigde door toedoen van Werder Bremen. De Amsterdammers speelden tot het einde van het seizoen 2006-2007 mee om het kampioenschap, maar verspeelde de titel op één doelpunt verschil aan PSV. Wel prolongeerde Ajax de bekerwinst door in de finale na strafschoppen af te rekenen met AZ.

Met 36 doelpunten in 51 officiële wedstrijden beleefde Huntelaar een prima tweede seizoen in Ajax-shirt. De aanvaller, die in 2007 andermaal de Johan Cruijff Schaal veroverde, scoorde in de eerste competitiewedstrijd van het seizoen 2007-2008 maar liefst vier keer in de uitwedstrijd tegen De Graafschap (1-8). Met 36 doelpunten in 45 officiële wedstrijd bleef hij leveren, maar opnieuw bleek PSV de sterkste in de titelstrijd. Ditmaal betrof de achterstand drie punten.

Ajax probeerde in de zomer van 2008 een contractverlenging tot stand te brengen. Kamp-Huntelaar stond hiervoor open, mits de clubleiding een gelimiteerde transfersom van zeventien miljoen euro liet opnemen. Deze voorwaarde kon niet worden ingewilligd. Vlak voor de zomerse transferdeadline probeerde Real Madrid een deal tot stand te brengen, maar vanwege de onhandige timing weigerde de Ajax-leiding mee te werken. Biedingen van andere clubs werden evenmin geaccepteerd.

Huntelaar bleef in de eerste helft van het seizoen 2008-2009 steken op negen doelpunten in vijftien officiële wedstrijden. Op 9 november 2008 gooide een afgescheurde enkelband echter roet in het eten. Tijdens zijn revalidatie toonde Real Madrid opnieuw belangstelling en ditmaal werd wel een akkoord bereikt: 27 miljoen euro, waarvan zeven miljoen aan bonussen. Huntelaar werkte het laatste deel van zijn herstel af in de Spaanse hoofdstad en speelde dus geen wedstrijd meer in dienst van Ajax.

Kort verblijf bij Real Madrid

Op 4 december 2008 werd Huntelaar gepresenteerd bij Real Madrid. De spits beloofde de aanwezige supporters in het Estadio Santiago Bernabéu ‘veel doelpunten’. Een maand na zijn presentatie debuteerde hij in de thuiswedstrijd tegen Villarreal (1-0 overwinning) door Raúl te ondersteunen in de voorhoede. Na 55 minuten werd Huntelaar afgelost door landgenoot Royston Drenthe. Arjen Robben werd matchwinner voor De Koninklijke, waar ook Wesley Sneijder en Rafael van der Vaart in actie kwamen.

Huntelaar maakte op 15 februari 2009 zijn eerste doelpunt voor Real Madrid. In de met 0-4 gewonnen uitwedstrijd tegen Sporting Gijón nam hij de 0-2 voor zijn rekening op aangeven van Gonzalo Higuaín. De aanvaller maakte zes dagen later twee doelpunten in de met 6-1 gewonnen thuiswedstrijd tegen Real Betis. Huntelaar scoorde eveneens tweemaal tegen Athletic Bilbao (2-5, uit) en UD Almería (3-0, thuis), waar hij thuis tegen Atlético Madrid (1-1) één doelpunt opeiste.

In mei 2009 ging het helemaal mis voor Real Madrid. De Koninklijke verloor de laatste vijf competitiewedstrijden van het seizoen en eindigde daardoor op negen punten afstand van aartsrivaal FC Barcelona, dat het kampioenschap veroverde. President Florentino Pérez vond zijn rendement (acht doelpunten in twintig competitiewedstrijden) niet voldoende om hem te behouden. De clubleiding trok die zomer de portemonnee voor sterspelers als Cristiano Ronaldo, Karim Benzema, Kaká en Xavi Alonso.

Huntelaar was voorafgaand aan zijn transfer een mooi perspectief geschetst, maar daar bleef na de koopwoede in de zomer van 2009 weinig van over. Real Madrid moest door de hoge investeringen spelers van de hand doen en vooral de Nederlandse enclave werd daarvan de dupe. Zonder zijn medeweten bereikte de Spaanse topclub een akkoord met VfB Stuttgart, maar daar wilde Huntelaar zelf niets van weten. In augustus van dat jaar ging de spits wel akkoord met een overstap naar AC Milan, dat zo’n vijftien miljoen euro voor hem neertelde.

Flop in Milaan

Met zijn transfer naar AC Milan trad Huntelaar in de voetsporen van een aantal legendarische landgenoten, waaronder Marco van Basten. Op 29 augustus 2009 debuteerde de miljoenenaankoop in de thuiswedstrijd tegen aartsrivaal Internazionale, dat met zijn voormalig teamgenoot Wesley Sneijder in de gelederen met 0-4 zegevierde in de Milanese derby. Trainer Leonardo liet hem na 64 minuten invallen voor de Braziliaan Ronaldinho. Op dat moment stond er al een 0-3 stand op het scorebord.

Huntelaar beleefde een moeizame start in dienst van AC Milan. Pas op 29 november 2009 raakte de spits verlost van de hatelijke nul door hoogstpersoonlijk de uitwedstrijd tegen Catania (0-2 overwinning) te beslissen middels twee doelpunten. Een fraaie prestatie van The Hunter, die pas zes minuten voor tijd mocht invallen. Zijn doeltreffende optreden leverde hem nauwelijks extra krediet op. Huntelaar slaagde er niet in om een vaste waarde te worden, hoewel hij met zeven doelpunten in dertig wedstrijden wel zijn aandeel opeiste.

Schalke-smaakmaker na stroef debuutjaar

AC Milan haalde in de zomer van 2010 met Zlatan Ibrahimovic een nieuwe aanvalsleider in huis. Huntelaar voelde weinig vertrouwen onder leiding van trainer Massimiliano Allegri en besloot de Italiaanse topclub al na één seizoen de rug toe te keren door over te stappen naar het Duitse Schalke 04. Eind augustus bereikten beide clubs een akkoord ter waarde van veertien miljoen euro. Hij werd herenigd met Raúl, die na een lang dienstverband bij Real Madrid eveneens was neergestreken in Gelsenkirchen.

Huntelaar debuteerde op 10 september 2010 in de met 2-0 verloren uitwedstrijd tegen TSG 1899 Hoffenheim. De spits produceerde negen dagen later in de beladen thuiswedstrijd tegen Borussia Dortmund (1-3 nederlaag) zijn eerste treffer voor de Bundesliga-club. In zes van de acht daaropvolgende competitiewedstrijden wist hij eveneens een doelpunt mee te pikken, maar daarna stokte de teller. Schalke draaide een teleurstellend seizoen door als veertiende te eindigen, maar won dat seizoen wel de DFB-Pokal en werd pas in de halve finale van de Champions League gestuit door Manchester United.

Met dertien doelpunten in 35 officiële wedstrijden beleefde Huntelaar een stroef debuutseizoen bij Schalke 04. In zijn tweede contractjaar kwam de Nederlander helemaal los door 48 doelpunten te produceren in een identiek aantal wedstrijden. Hij maakte er 29 in de Bundesliga en hield daarmee iedereen achter zich, waaronder Bayern München-spits Mario Gómez (26 doelpunten). Huntelaar won in zijn tweede seizoen in Gelsenkirchen ook de DFL-Supercup ten koste van Borussia Dortmund, dat na strafschoppen werd verslagen.

Huntelaar kwam na het seizoen 2011-2012 niet meer in de buurt van soortgelijke cijfers. Wel eindigde hij de daaropvolgende seizoenen steevast in de dubbele cijfers. Alleen in het seizoen 2016-2017 bleef de aanvaller statistisch achter (vijf doelpunten), maar als gevolg van blessureleed bleef hij dan ook steken op ‘slechts’ 24 wedstrijden. Huntelaar nestelde zich achter Klaus Fischer en Bernhard Klodt in de topdrie van de eeuwige topscorersranglijst van Schalke 04.

Kampioen met Ajax

In de zomer van 2017 liep Huntelaar uit zijn contract bij Schalke 04. De spits keerde terug naar Ajax, dat na de verloren Europa League-finale tegen Manchester United afscheid nam van trainer Peter Bosz. Marcel Keizer werd aangesteld als diens opvolger. Al in de voorbereiding op het nieuwe seizoen kreeg de Amsterdamse club te maken met een gigantische dreun. Tijdens de oefenwedstrijd tegen Werder Bremen zakte Abdelhak Nouri in elkaar. De middenvelder van Ajax overleefde zijn hersenstilstand, maar hield er wel ernstige hersenschade aan over.

Het leed van Nouri had ook een grote impact op Ajax. De Amsterdamse club plaatste zich niet voor de Champions League en de Europa League, waar het team al in de achtste finale van de KNVB Beker werd uitgeschakeld door FC Twente. Huntelaar begon het seizoen aanvankelijk als concurrent van Kasper Dolberg, maar de Deen kon zijn topvorm van een jaar eerder niet herhalen. Huntelaar werd uiteindelijk zelfs de nieuwe aanvalsleider van Ajax. Met dertien doelpunten in 32 wedstrijden beleefde hij een acceptabel seizoen, waaronder doelpunten in beide confrontaties met Feyenoord.

Huntelaar had een duidelijk doel voor ogen: landskampioen worden met Ajax. In het seizoen 2017-2018 mislukte dit wederom, maar met Daley Blind en Dusan Tadic werd de selectie voorzien van een flinke kwaliteitsimpuls. Ook spelers als Matthijs de Ligt, Frenkie de Jong en Donny van de Beek ontwikkelden zich voortreffelijk. Huntelaar verloor zijn basisplaats, maar leverde wel een bijdrage aan het kampioenschap en de bekerwinst van 2019. Ajax bereikte nog bijna de finale van de Champions League, ware het niet dat Tottenham Hotspur een 3-0 achterstand (over twee wedstrijden) ongedaan maakte. Op basis van uitdoelpunten mocht de Londense club zich finalist noemen.

Het seizoen 2019-2020 werd door de coronapandemie voortijdig beëindigd, waardoor Huntelaar de kans op zijn tweede landstitel werd ontnomen. In de zomer van 2020 besloten supporters van sc Heerenveen een actie op poten te zetten om de spits te verleiden tot een terugkeer naar Friesland. Huntelaar koos uiteindelijk echter voor een langer verblijf bij Ajax. Met zeven doelpunten in veertien wedstrijden bleef de routinier tot en met januari 2021 als vanouds een fraai moyenne behouden, hoewel hij doorgaans op de bank begon.

Afsluiten bij Schalke 04

Huntelaar maakte in december 2020 bekend dat hij in de zomer van 2021 zou gaan stoppen als profvoetballer. De spits dacht nog één keer op te gaan voor het kampioenschap. Ajax werd dat seizoen daadwerkelijk landskampioen, maar zonder The Hunter. Hij verraste menigeen door in januari 2021 terug te keren naar Schalke 04, dat laatste stond in de Duitse Bundesliga. Huntelaar verkoos de strijd tegen degradatie boven de titelstrijd, maar zijn comeback in Gelsenkirchen kon dit doemscenario niet voorkomen.

Als speler van Schalke 04 beëindigde Huntelaar zijn professionele voetbalcarrière. De aanvaller sloot zich nog wel aan bij het zesde elftal van amateurvereniging Hessen Combinatie ’03, dat in 2003 ontstond door een fusie tussen VV H&K en SV Drempt Vooruit. Huntelaar, die erelid is van deze club, bleek later illegaal te hebben meegespeeld door een flater bij de KNVB.

Periode	Club
2002-2004	PSV
2003	De Graafschap
2003-2004	AGOVV Apeldoorn
2004-2005	sc Heerenveen
2006-2008	Ajax
2008-2009	Real Madrid
2009-2010	AC Milan
2010-2017	Schalke 04
2017-2021	Ajax
2021	Schalke 04

---

Interlandcarrière Klaas-Jan Huntelaar

Huntelaar veroverde in 2006 de Europese titel met Jong Oranje. Onder Foppe de Haan maakte de spits vier doelpunten op het jeugd-EK, waaronder een dubbelslag in de finale tegen Oekraïne. Op 16 augustus van datzelfde jaar debuteerde hij als Ajax-aanvaller in het Nederlands elftal. In de oefeninterland tegen Ierland (0-4 overwinning) onderstreepte Huntelaar meteen zijn klasse door zowel de 0-1 als de 0-3 voor zijn rekening te nemen. Bij de doelpunten van Arjen Robben en Robin van Persie fungeerde de debutant als aangever.

Na zijn droomdebuut bleef Huntelaar een vaste waarde in de selectie van het Nederlands elftal. Bondscoach Marco van Basten nam de spits op in de selectie voor het EK van 2008. The Hunter zat op de bank tijdens de groepswedstrijden tegen Italië en Frankrijk, die respectievelijk met 3-0 en 4-1 op de pijnbank werden gelegd. Huntelaar mocht in de laatste groepswedstrijd tegen Roemenië (2-0 zege) zijn eerste minuten maken en scoorde prompt. Oranje werd in de achtste finale verrassend uitgeschakeld door het Rusland van Guus Hiddink.

WK-finalist met Oranje

Na het EK van 2008 keerde Van Basten terug naar Ajax, dat hem aanstelde als hoofdtrainer. San Marco werd opgevolgd door Bert van Marwijk. Onder diens leiding plaatste het Nederlands elftal zich probleemloos voor het WK van 2010. In Zuid-Afrika bleef Oranje foutloos in de groepsfase, mede dankzij een treffer van Huntelaar in de derde wedstrijd tegen Kameroen (2-1). In de knock-outfase rekende Nederland achtereenvolgens af met Slowakije, Brazilië en Uruguay. Voor de eerste keer sinds 1988 stond het nationale team weer in een grote finale, maar Spanje bleek na verlenging nipt te sterk (0-1). Huntelaar bleef zowel in de halve finale als de finale aan de kant.

Huntelaar had binnen de Oranje-selectie de pech dat Van Persie doorgaans als aanvalsleider fungeerde. Die frustratie kwam vooral naar boven rond het EK van 2012. Huntelaar had moeite om zich wéér in deze rol te schikken, zeker na de verloren groepswedstrijden tegen Denemarken (0-1) en Duitsland (1-2). Van Marwijk besloot hem te laten starten in de laatste wedstrijd tegen Portugal, maar ook deze clash ging verloren (1-2). Na de roemloze EK-uitschakeling stapte Van Marwijk op als bondscoach.

In 2020 toonde Van Marwijk via zijn column voor De Telegraaf begrip voor de ontevreden Huntelaar. “In 2012 was hij topscorer van de Bundesliga geworden en stond hij er anders in. Maar Robin van Persie was topscorer van Engeland geworden. Ik begreep wel dat Klaas-Jan er anders in stond, maar ik had een duidelijke keus gemaakt voor Robin. Dat is voor spelers moeilijk te accepteren, maar het is daar nooit uit de hand gelopen. Ja, er zijn wat woorden gevallen. Meer niet. Er is nooit gevochten.” De bondscoach reageerde daarmee op onthullingen uit de biografie van Sneijder, die de onrust binnen de selectie als oorzaak noemde voor de EK-eliminatie.

Net geen WK-finale in 2014

In 2012 werd Van Marwijk opgevolgd door Louis van Gaal. Huntelaar liet zich in de eerste interlands meteen gelden, maar door blessureleed moest hij een groot deel van de cyclus (2012-2014) aan zich voorbij laten gaan. De spits keerde op tijd weer terug om te worden opgenomen in de WK-selectie. Huntelaar mocht mee naar Brazilië, mits hij zich schikte in zijn rol achter Van Persie. In de achtste finale schoot hij Nederland een ronde verder door in extremis een penalty te verzilveren tegen Mexico (2-1).

Het Nederlands elftal werd in 2014 pas in de halve finale van het WK uitgeschakeld. Argentinië bleek na strafschoppen te sterk voor Van Gaal en consorten. Huntelaar viel in de verlenging in, maar kwam niet toe aan het nemen van een strafschop. In de troostfinale tegen gastheer Brazilië (3-0 overwinning) maakte de spits geen minuten. Wel mocht hij een bronzen medaille toevoegen aan zijn erelijst.

Zuur einde

Van Gaal stapte in 2014 over naar Manchester United. Guus Hiddink werd diens opvolger, maar onder zijn leiding presteerde het Nederlands elftal teleurstellend. Danny Blind werd nog tijdens de EK-kwalificatiefase naar voren geschoven als nieuwe bondscoach, maar deze trainerswissel kon niet voorkomen dat de oranjehemden een ticket voor de Europese eindronde misliepen. Huntelaar speelde op op 13 oktober 2016 tegen Tsjechië (2-3 nederlaag) zijn 76ste en laatste interland in Oranje-shirt.

Huntelaar maakte in totaal 42 interlanddoelpunten voor het Nederlands elftal. Alleen Van Persie en Memphis Depay scoorden vaker.

---

Klaas-Jan Huntelaar als bestuurder

Na zijn actieve carrière besloot Huntelaar de voetbalsport trouw te blijven. De voormalig aanvaller overwoog een trainersloopbaan door mee te lopen bij Go Ahead Eagles en Vitesse, maar uiteindelijk voelde hij meer voor een bestuurlijke functie. Huntelaar keerde terug bij Ajax, waar hij in maart 2022 samen met Gerry Hamstra werd aangesteld als technisch manager. Het duo volgde Marc Overmars op, die vanwege grensoverschrijdend gedrag jegens vrouwelijke clubmedewerkers was opgestapt.

Hamstra en Huntelaar beleefden een drukke transferperiode in de zomer van 2022. Met Antony (naar Manchester United) en Steven Bergwijn (overgenomen van Tottenham Hotspur) realiseerden zij transferrecords, maar ondanks een vliegende start stelde de Amsterdamse formatie teleur door als derde te eindigen in de Eredivisie. Hamstra moest uiteindelijk vertrekken, waar Huntelaar wel mocht aanblijven in de Johan Cruijff ArenA. In oktober 2023 moest hij zijn werkzaamheden echter tijdelijk neerleggen vanwege een burn-out.

Laatste update: 11 december 2023